KRIS KRAS DOOR PERS EN CLUBRLADEN

Moct een sclieiJsrecliter ook lid zijn van een voetbalvereniging ? (Clubblad WA)

Kan een scheidsrechter een goed Kd zijn van een voetbalvereniging en is het gewenst dat hij hiervan lid is? Zij zelf hebben hun scheidsrechtersverenigingen. In Amsterdam is dat de ASV, onder de beproefde leiding van Th. Hoogenboom. Zij bestaat weldra 30 jaar. Met het houden van lezingen, trainingsavonden en gezellige bijeenkomsten tracht zij de band tussen de scheidsrechters en hun dames hechter te maken. Voetballen doen de heren ook tegen zusterverenigingen en dan gaat het er ook nog wel eens mals toe. Maar is het goed dat zij lid zijn van een scheidsrechtersvereniging en niet van een voetbalvereniging? M.i. moet een scheidsrechter ook lid zijn van een voetbalvereniging. Hij leert dan wat het be-

tekent een club te helpen op-, bouwen en ook wat er in een club leeft. Hij maakt vreugdedagen mee en moet teleurstel, lingen dragen, die moeilij’ic te verkroppen en wel eens oorzaak van onredelijke uitingen zijn. Zelf was ik 23 jaar scheidsrechter en ik heb alles aan den lijve moeten ondervinden. Er zijn momenten geweest 'dat ik na afloop van «Hen wedstrijd onvriendelijke gezichten op mij gericht zag en dat teleurstelling clubmensen even uit hun even'wicht bracht. Vooral bij een belang-

rijke ontmoeting, bijv. promotie, zijn spelers of officials nerveus en prikkelbaar. Dank zij mijn jarenlange ervaring als lid van. een voetbalvereniging kon ik mij altijd de geestesgesteldheid indenk.en. Voor mij onaangename uitlatingen liet ik. als het niet te bont werd, rustig over mij heengaan. Het doet me dan ook genoegen dat als ik als WA bestuurder met onze jongens bij verenigingen het terrein opkom, bestuurders en spelers mij, de scheidsrechter van vroeger, altijd komen begroeten. Anderzijds is het prettig als bestuurder, scheidsrechter en spelers te kunnen begrij. pen.

DOELMATIGE VERLICHTING OEFENTERREINEN

Nieuw en eenvoudig systeem Twee bekende Oostelijke clubs. Go Ahead te Deventer en HVC te Amersfoort zijn er na rijp beraad toe overgegaan, een doelmatige verlichting naar ' het nieuwste systeem rond ' hun oefenterreinen te doen aanbrengen. Spelers zowel als bestuurders zijn enthousiast over de mogelijkheden en gunstige perspectieven, welke door middel van avondtraining bij kunstlicht geschapen zijn. De verlichting' rond het oefenterrein van Go Ahead werd vorig iaar November aangebracht en na één seizoen oefenen en spelen onder dit nieuwe verlichtingssysteem is men er van overtuigd, dat het dé oplossing betekent voor alle moeilijkheden, die men voordien had ondervonden op het gebied van de training. • \Vanneer het er om gaat een oefenterreinverlichting aan te brengen moet men zich niet blindstaren op een verlichting zoals die te zien is in het Olympisch Stadion te Amsterdam of in het Galgenwaard Stadion te Utrecht. Dergelijke gigantische verlichtingen hebben immers een geheel ander doel, namelijk het spel (vaak internationale wedstrijden of grote sportdemonstraties) voor de toeschouwers zo spectaculair en overzichtelijk mogelijk te maken. Dientengevolge is een verlichtingssysteem, zoals dat in het Olympisch Stadion, echter noodzakelijk niet alleen zeer duur van aanleg vier stalen lichtmasten met elk een hoogte van 35 meter, 80 bundellichtlampen van elk 1000 Watt iri grote waterdicht afgesloten spiegelarmaturen maar ook 'in het gebruik; het stroomverbruik bedraagt namelijk 80 kWh. t/oor oefenterrein dus weinig geschikt. Met de komst van de „Altrilux”. lamp met hardglazen ballon zijn ook voor minder kapitaalkrachtige verenigingen nieuwe mogelijkheden geschapen om een in alle opzichten moderne en voldoend effectieve verlichting Van hun oefenterrein te verkrijgen volgens een systeem, waarbij de investeringskosten veel geringer zijn dan bij de vele

V [y intensief eii Regelmatig trainen behoort tot de eerste vereisten voo( bereiken van goede resultaten en opvoering van f‘et spelpeil van onze voetballers. In een voetbalwereld echter stelt deze training de clut'‘':Sturen voor grote problemen, doordat ze nagenoeg in de avonduren kan geschieden. Gedurené* 4e zomermaanden brengt dat geen bezwaren met *46o, maar in de „donkere” jaargetijden in het dus moet de voorbereiding voor de meestal beperkt blijven tot het houden vaU Ridoor- en mental-trainlng. Met de grasmat komen ■' spelers in de meeste gevallen alleen maar tijdens ■ Wedstrijden in aanraking en dat nu is niet bepaald be' Aderlijk om het tot grootse prestaties te kunnen brenê“' Vandaar, dat mefi naar middelen gezocht heeft, spelen van oefenpartijtjes en het trainen op niet alleen in de zomer, maar het gehele door, doorgang te doen vinden.

systemen waarmee in de loop der 3 aren geëxperimenteerd is. De ballon van deze „Altrilux”- lamp is vervaardigd van zogenaamd hardglas, d.w.z. dat de lamp in brandende toestand ook bestand is tegen afkoeling door regenwater. IVel dient er een eenvoudige metalen koker waarin tevens de porceleinen lamphouder dient te worden ondergebracht rond de hals van de lamp te worden aangebracht, daar deze plek in geval van regen aan te grote spanningen zou kunnen worden blootgesteld. Met deze metalen koker kan tevens op vrij eenvoudige wijze voldaan worden aan de eis dat de aansluitingen waterdicht moeten zijn gemaakt. Het is duidelijk dat hier sprake is van een grote besparing op de kostbare armaturen, die bij andere systemen moeten worden toegepast. De totaalprijs van een „Altrilux”-lamp met metalen koker bedraagt slechts circa 20 pCt. van die van een bundellichtarmatuur. „Altrilux”-lampen zijn verkrijgbaar met een vermogen van 250 of 500 Vf. beide met heldere of gematteerde onderzijde van de ballon. De heldere lamp van 500 W. is voor het verlichten van voetbalterreinen de meest geschikte lichtbron omdat het rendement hiervan zeer gunstig is. De „Altrilux”-lamp heeft nog een andere groot voordeel. Aan de binnenzijde van de ballon is de lamp gedeeltelijk verspiegeld. Vervuiling van deze spiegel en daardoor teruglopen van het rendement is uitgesloten doordat elke lamp luchtdicht is afgesloten, zodat deze versplegeling haar waarde gedurende de gehele levensduur van de lamp behoudt. Het aantal „Altrilux”-lampen, dat nodig is om volgens het nieuwe systeem een goede en gelijkmatige terreinverlichting te verkrijgen, bedraagt minimaal 40 stuks. Door deze lampen op 4 masten te plaatsen 2 masten aan elke lange zijde van het terrein, ongeveer 20 meter van de hoek af en aan elke mast 10 lampen wordt een goede lichtverdeling verkregen. De masten moeten ongeveer 12 m hoog zijn en de tien 500 W lampen, die door elke mast worden gedragen.

worden gemonteerd in twee rijen van 5 stuks, zodanig dat ze naar alle zijden verstelbaar zijn. Beter is het in plaats van vier, 6 masten met aan elke mast 7 lampen te gebruiken, daar op deze manier een nog gelijkmatiger verdeling van het licht mogelijk is. Nodig is dit echter niet, daar ook met vier masten een zeer bevredigende oplossing verkregen wordt. Het bewijs hiervoor is geleverd op het oefenterrein van „Go-Ahead” in Deventer, waar door een plaatselijke installateur een dergelijke installatie is aangebracht. En hoewel deze verlichting aanvankelijk uitsluitend was bedoeld om ’s avonds een goede training mogelijk te maken, hebben de gunstige ervaringen, die men er mee opdeed er toe geleid, dat ook het spelen van oefenwedstrijden meer en meer gebruik is geworden. Een verlichting als boven beschreven, komt normaal gesproken op pl.m, ƒ 8000.—. Deze prijs kan echter hoger en lager worden in verband met plaatselijke omstandigheden, bv. de afstand waarover de kabels moeten worden gelegd, de constructie van de masten en of er een zware of lichte fundering moet worden aangebracht. De „Altrilux”-lamp 500 W met heldere handglazen ballon kost ƒ 24.—.

Th. BECHTOLD

Wat een „Vrouw” van de nieuwe Competitie-indeling zegt

In het clubblad van Quick schrijft Claudette, een „vrouwelijke” habitué van de tribune van deze Nijmeegse club: Het weer is gunstig vodr het optreden van de aardappelziekte en ik weet van een knaap die zich hiertegen heeft laten inenten, met als gevolg dat hij nu geen puré meer zien kan. Het is in elk gev'al beter om in deze tijd maar niet te gaan voetballen. De voeten gaan er zo van dampen en het is altijd moeilijk om dat geheim te houden als er mensen om je heen staan. Voor het zoeken naar coloradokevers is het wel het moment, maar omdat er in Nijmegen zo weinig strand is, nu de kribben in de Waal ook al onder water staan, is dit ook al geen bezigheid, waar je Juli en Augustus mee door kunt komen. Het enige wat wij in deze komkommertijd als leden en supporters van een (behoorlijke) voet-

balclub kunnen doen, is de indelinglijstjes van de eerste klasse doorkijken en de grote Bos-atlas opslaan waar we nu met 7.000 supporters om de Zondag naar toe moeten reizen. Inplaats van Hheden en Dieren nu naar Rotterdam en Den Haag. Op verzoek van de reunistenclub heeft men ook SVV uit Schiedam in onze afdeling geplaatst en dus hebben we weer iets om de KNVB dankbaar te zijn. We zitten ook met Willem II in de course. Mijn vader had liever Karei I gehad, maar daar is nu niets meer aan te veranderen. Eindelijk ligt Nijmegen nu eens gunstig voor al deze reizen. We gaan naar Den Bosch, Tilburg, Breda en Roosendaal en mijn tante vindt dat we, als we toch zover zijn, ook maar eens door moeten gaan naar Antwerpen en Brussel. We hebben een hele avond op de kaart naar Bleijerheide gezocht, maar niet;

kunnen 'vinden. Als het er net zo vrolijk is als de naam doet vermoeden, dan doet het er eigenlijk ook niet toe op welke heide het ligt. Het kan maar gezellig zijn. Ik ken leden van Quick met voeren achternaam die er zich op hadden gespitst dat we weer tegen Vitesse zouden kunnen uitkomen, maar nu ze daar in Arnhem dat oude veld niet meer hebben met hoogteverschillen en tribunes die instorten als je iemand durft aan te moedigen, nu schijnt het niet meer te mogen. Hoe het ook zij, tót de tijd dat we de mailcoach weer nodig zullen hebben, lijkt het mij het verstandigst met z’n allen met de trein te gaan. De spoorwegen hebben eigenlijk ook niet veel en ze kunnen best wat luidruchtige reizigers gebruiken, want over het algemeen zie je er maar zorgelijke gezichten.

woy'dt PJ

Sportkroniek – Feuilleton

15

door P. TOL

De kop van één der vier 12 m. hoge lichtmasten. De 10 „Altrilux”-lampen zijn zodanig verstekbaar aangebracht, dat de lichtbundels gelijkmatig over het terrein verdeeld kunnen worden. Voor de montage der lampen en de hen gedeeltelijk omhullende metalen kokers is gebruik gemaakt van een ijzeren raam, dat met behulp van een liertje omhoog gehaald kan worden voor het uitwisselen der lampen. Bij het optrekken klamt het raam zichzelf boven in de . mast vast.

Het oefenterrein van „Go-Ahead” te verlicht met JfO „Altrilux”-lampen van 500 W. Strooi7iveu'tUik 20 kWh.

In het donker, toen ze naar huis sjokten, had de voorzitter het was de paardenslager Donders uit de Boekhorststraat de zandman effen opzü genomen. Thijs, zei hij, je weet hoe ik over je denk, maar ik ben toch bang, dat je de Rooie nou een tikkie al te fiks hebt aangepakt. Je wordt de leste tijd een tikkie al te heftig. Ik mot je zeggen, ik als voetballer, zou ’t ook niet nemen. Ik weet niet precies hoe ik ’t je precies uitduien mot, maar je vuurpijlen benne om zo te zeggen een beetje nat en daarom stinken ze, voel je wat ik bedoel? De opzwiepers van de zandman hadden als slaappoeders gewerkt. Zo traag, zo lusteloos, zo onbeholpen had het elftal nog nooit gespeeld. „Een buiige speler” noemden ze Rinus al onder het publiek. „Eentje waar je geen peil op kunt trekken. Die Mies kan, als hü maar effetjes wil. Al die ophemelarij heeft die jongen geen goed gedaan. Dat is de schuld van de kranten. Die schrijven zo’n jongen stuk. Die verknoeien zijn moraal.” Er zat veel waars in. Maar Rinus w-as de lust om ooit nog weer voor de Raketten uit te komen, vergaan. Hij speelde enkel maar met de gedachte, dat ze hem hadden gevraagd van „Vitesse” om voor hen te spelen. Een geweldige onderscheiding. Zomaar uit de eerste klas Haags in de eerste klas van de K.N.V.8., tenminste, als hij in het Eerste zat. Met schrik bedacht hij, dat er in de wedstrijd tegen de Zandhazen nog iets belabberds was gebeurd. Die Thijs zei nou wel, dat hij niet flink genoeg was tegen Teutema, maar dan vergat hij zeker dat moment, dat hij „stomme boer!” tegen hem had geroepen, en nog een andere keer: „Je hebt zeker vuil in je ogen!”, en toen Teutema zich opwond: „Nou, Bril, slik je erwt maar niet in, dat zou zonde wezen!” En de kleine scheidsrechter had hem tweemaal een waarschuwing gegeven en hem verzekerd, dat hij zijn wangedrag aan de Bond zou rapporteren. Dat kwam nu net erg ongelegen, maar ja, wie weet, de pap wordt nooit zo heet gegeten als ze wordt opgediend. Die Teutema zou allang blij zijn, dat hij de wedstrijd nog tot een goed einde had gebracht. Neen, daar moest hij nou maar liever niet aan denken, dat liep heus zo’n vaart niet. Na twee dagen heen-en-weer redeneren met zijn vader, besloot hij tot de grote stap, in strik geheim natuurlijk, er mocht niets

van uitlekken, zelfs Sluik en Zwikker mochten nog niets weten. Hij draaide het opgegeven nummer. Kreeg die meneer zelf aan de bel. Goed, zei die. Afspraak voor morgenavond? Om half zes in de Sport-bar! Daar kun je me vinden. Goed, best, Otterspoor, tot morgen dan! Meteen werden ze verbroken. Het popelde in hem. Hij kon bijna niet wachten. Het duurde een eeuwigheid tot „morgenavond, half zes”. Toen viel het gesprek hem nog bar tegen ook. Als hij had gedacht, dat alles zó eenvoudig kon gaan. Dat je zomaar van club verwisselde, of je een vuil hemd uittrok. Neen, daar komt nog wat anders voor kijken. . Hier is een lidmaatschapsformulier. Vul dat even in. Zet er ie handtekening onder. Laat de rest aan mij over, zei de heer. Hij hield de hand op de naam van de vereniging boven aan het formulier. Voorlopig mocht Otterspoor dat nog niet weten. Kijk es hier, verduidelijkte hij, het is bij ons niet zo eenvoudig om lid te worden. Daar komt nog wel wat voor kijken. En ze accepteren ook lang niet iedereen. Ze gaan eerst naar je informeren. Je moet in de smaak vallen, zie je. En daarom moet je worden voorgesteld door tenminste drie leden en dan wordt je bij ons voorgehangen. Dat betekent, dat gedurende veertien dagen ieder lid het recht heeft om bezwaren tegen je persoon in te brengen, en in dat geval moet er stemming over je al- of niet-toelating plaats vinden. Het Rooie Kanon keek bepaald sip, toen hem dat werd uitgelegd. Hij leefde in de veronderstelling, dat alles al in kannen en kruiken was, en dat hij met vlag en wimpel zou worden binnengehaald. Maar de Grote Onbekende beklopte hem bemoedigend de schouder: Toe, laat je kop niet hangen, het komt best in orde, wat ik .jé brom. ’t Is de gewone gang van zaken, hoor, bij iedereen. En ik had jou ook niet gevraagd, als ik niet voorzag, dat er heel wat leden zullen zijn, die er wel oren naar zullen hebben, want we hebben moeilijkheden met het elftal zie je. En we zouden, als één van de oudste clubs, natuurlijk niet graag degraderen. Er is niet tijdig voor jonge opfok gezorgd, dat fnuikt ons nou als we niet tijdig maatregelen nemen. Maar je voelt óók wel, het bestuur kan zoiets niet doen, de leden moeten aankomen met een speler zoals

jou! Toe, Otterspoor, pak een en laten we samen drinken op de goede afloop! Het werden drie borrels, en *Jpkte dure sigaretten. En fijn hoor, zo samen met een „heer” if* Dat was wat anders dan onsjes bloedworst halen „heren” op kantoor. Nou, móóie heren waren het. Hij langer hoe meer tegenzin erheen te gaan. Nog alijd jongst® i 'etide, gek om los te lopen, net zoals z’n vader zei: „Bê-je voor kerels als jij liggen de baantjes opgeschept. ledere ï' op v;,ii een goeie voetballer in zijn dienst hebben!” d* j. terugweg naar huis liet hij alles nog eens door zijn hoofd onbekende had over degradatie gesproken. Nou, zie je w® at vjtesse” wezen. Jahoor, het was „Vitesse”! club, met een prachtig sportpark! Als-ie daar es mocht laten die Raketten dan maar de pip krijgen! Het ging helaas „ van een leien dakje. Er kwamen bezwaren in tegeo ,] lidmaatschap. De Ballotagecommissie verzocht voor de vergadering dit punt op de agenda te plaatsen. Hot Weken. Al die tijd speelde R. Otterspoor jr. nog mee in R® I, alsof er geen vuiltje aan de lucht was. En hij deed zowa® best ook. Nou ja, daar had hij zijn beweegredenen voor, b'ng hij niet aan de grote klok. Het bleef een geheim en hem. Dadelijk was hij toen weer de geweldige, dezelfde lui, die hem zo hadden verguisd en i'’to wq, prezen hem nu weer om strijd. Zelfs de zandman hem de strubbelingen en de ergernissen te doen vergeten; P‘j. hem op de Zaterdagavonden .met fluwelen handschoentjes opeens weer de bovenste-beste. En zijn oude vorm Hij maakte goals aan de lopende band. Vijf punten be h ze uit drie wedstrijden, bij een doelpuntenverhouding van De Donderdag daarop zou v® worden gehouden, die over zijn wel en wee zou „Vitesse” wilden hebben of niet. Nbu, in het lab ■ maar neen, het leek té onwaarschijnlijk, dat zoud. m niet durven...., dan...., wel, dan konden ze de pip kri.!-:®" ’’ nesse’’, verenigingen genoeg! De bijeenkomst was flink ' f ooi+ 300 leden. Vergaderingen van voetbalclubs ‘ druk bezocht. De clubs zijn er om te voetballen, niet ' Maar die 47 behoorden

tot de beste aanhangers. Ze vormden het puikje. Er ontstond een hevig debat over het bewuste punt. De gemoederen raakten zelfs in zekere mate verhit. Maar de voorzitter, ervaren en behendig, tactvol, wist de gedachtenwisseling binnen de perken te houden. Het betreffende artikel van het Reglement luidde, dat een adspirant-lid, over wie stemming werd verlangd, slechts voor toelating in aanmerking kwam, mits hij 2/3 van het aantal uitgebrachte stemmen zich verenigde. Dat kwam in dit geval neer op 32 stemmen vóór de candidaat. Nou, het hield er zwaar om. Vele leden vonden Rinus’ toelating een gevaar voor de standing en de goede geest in de vereniging. Natuurlijk, als speler was hij welkom, maar qua persoon, als mens, ’t was maar een rare schutter, die Otterspoor. Een jongen van niks. Jongste bediende bij de 'Voetbalbond. En z’n vader zat altijd in de kroeg. Liever lui dan moe. Was op een schoen en een slof uit Australië teruggekomen. Neen, konden ze aan zó iemand de andere leden wagen ? En waren ze niet altijd gekant geweest tegen het aanvaarden van overlopers ? Zeker, betoogden anderen weer, maar de nood drong,, de bakens moesten worden verzet, eer het voorgoed te laat was. Ze wisten toch bij ervaring, hoe moeilijk het was, om éénmaal uit de eerste klas gestoten, de verloren positie te heroveren! Met slechts twee stemmen boven de vereiste meerderheid sleepte Otterspoor het er door. Een Pyrrhus-overwinning! Maar hijzelf maalde daar niet om. Wat kon het hem schelen; één ding was maar belangrijk: dat hij nu lid geworden was van, dat hoorde hij pas voor ’t eerst, niet „Vitesse” was de naam Brinio heette de club! Een dekselse verrassing. Brinio niét Vitesse! Het gaf hem even een schok, maar al gauw verzoend© hij zich met de gedachte. Brinio of Vitesse allemaal één pot nat. Ze speelden allebei toch immers éérste klas! Clubtrouw dat gevoel kende hij niet. Daar kwam je niet ver mee, met zulke sentimenten. Je spéélde, waar je toekomst lag. Waar je beste kansen waren. Z’n vader zei ook: Rinus, MO jonge, je voetbalt om hogerop te komen. Die buitenlandse scouts moeten je in de smiezen krijgen. En als het je bij Brinio niet, bevalt, dan stap je doodleuk naar Vitesse, of een andere grofe club, die je maar hebben wil. Wie heeft er een betere kijk op al die dingen, als ik, je vader, die het altijd zo goed

met je heeft voorgehad! Volg mijn raad nou maar, dan kom je vast niet bedrogen uit. Ikke weet m’n weetje. Ikke weet wat er rommelt 7°®tbalwereldje. Ikke ben zoveel ouwer dan jü, een mens mot de tekenen verstaan, en die mot daarnaar handelen, z’n huik naar de wind hangen! Rinus klopte dus het zwart-wit uit zijn ziel en deed een nieuw© das aan, in andere clubkleuren, Blauw-wit nu. De blauw-witte das van Brinio. Och, het scheelde tenslotte maar één kleurtje. Nu begreep hij ook, dat ze hem bij Brinio wilden hebben. Hij had aan Vitesse gedacht, en dat stond er ook niet zo best voor. De vergissing was menselijk. Vitesse en Brinio, die ontliepen elkaar niet veel. Ze hadden allebei de grootste moeite om in de eerste klas het hoofd boven water te houden. Het was zijn voetbalkunde, die hem tot lid van Brinio had gebombardeerd, dat voelde hij wel, maar hij trok er zich niets van aan, liet zich heus niet imponeren door hun witte boordjes en zijden sokjes. Ze hadden hem immers nódig, dat was de hoofdzaak. Jammer, dat die overgangsbepalingen bestonden, De Bond had er een stokje voor gestoken, dat iemand zomaar van de ene club in de andere kon stappep. Daar stond een „wachttijd” voor. Gedurende die wachttijd mocht hij nog wel spelen voor zijn oude club, maar nog niet bij de nieuwe. Verzwijgen tegenover de Raketten kon hij het niet. Zijn aanvraag tot overschrijving kwam in het orgaan van de Bond te staan. Hij moest er dus wel uit zichzelf mee voor de dag komen. Of ze er even raér van stonden te kijken! Hij had er schik van, zo beteuterd als ze deden, zó uit het veld geslagen als ze waren. Zelfs de zandman, toch een oratorisch genie, wist geen woord uit te brengen. Hij perste de lippen grimmig op elkaar en zelfs zijn neus werd spierwit. Het was ook om door je knieën te gaan van schrik. Daar had-ie me die knaap opgefokt en gementhold, dat-i& er zelf bijna naar van werd, en daar zei hij: „Besjoer”, en keerde de Raketten zijn rug toe! De ondankbare hond die hij was! Geloof maar, dat die o\iwe Otter hem had opgestookt. Het was heus niet Rinus' werk, de ouwe Otter stak er achter!

Situatieschets hoe de verschilleude lichtbundels over het terrein verdeeld zijn wanneer er 4 rnasten worden toegepast.

(Wordt vervolgd)