dat deze vorm tot stand komt, door de uitbreiding eener tubairzwangerschap inde ligg. lata. Lawson Tait1) legde nadruk op ruptuur van de tuba als oorzaak voor intra-ligamentaire zwangerschap. Door scheuring van de tuba aan de zijde van de mesosalpinx treedt het ei binnen de platen van den breeden band. In zijn classificatie der ektopische zwangerschap sluit Clarence Webster zich bij deze opvatting aan. Secundaire ruptuur van het lig. latum kan later den foetus inde vrije buikholte drijven. Onder de gevallen van intra-ligamentaire zwangerschap, die min of meer uitvoerig zijn gepubliceerd, noem ik dat van Schuchardt2), wiens waarneming eindigde met ruptuur inde buikholte en verbloeding der vrouw inde 4de zwangerschapsmaand. Schuchardt vergelijkt zijn geval met een soortgelijke waarneming van Spiegelberg 3), waar de foetus intra-ligamentair tot volle ontwikkeling kwam, en trekt uit die vergelijking de conclusie, dat secundaire ruptuur inde buikholte onvermijdelijk volgen moet in die gevallen, waar het ei door primaire ruptuur van de tuba binnen de platen van het lig. latum is geraakt, terwijl de kans op voortgezette ontwikkeling van het ei alleen in die gevallen is gegeven, waar de tuba-wand bij de uitbreiding van het ei inden breeden band zijn continuïteit heeft bewaard. In het geval van Spiegelberg zou de spierwand van de tuba onder invloed der zwangerschap sterk zijn gehypertrophiëerd 4). In dat van Schuchardt was de onderste pool van het ei onmiddellijk omgeven door het retroperitoneale bindweefsel. Berry Hart 5) legt voor de voortgezette ontwikkeling van het ei op een anderen factor gewicht, n.l. op de ontwikkelingsplaats der placenta. Ligt de placenta inde tuba onder den foetus, en komt het tot ruptuur in het ligament, zonder dat de foetus sterft, dan groeit de placenta verder door naar beneden in het retroperitoneale bindweefsel, waar zij een gunstigen bodem vindt. Ligt de placenta aan de bovenzijde, dan wordt zij, bij de omvangstoename van het zijn), is dit geval te vinden in Baudelocque „L’art des Accouchements” 6de editie, Bd. II p. 460. Inde sde editie, die ik er op nasloeg, staat het niet. 1) „Diseases of Women and Abdominal Surgery" 1889, Bd. I. 2) Virchow’s Archiv Bd. 89. 3) Archiv für Gynaec. 1870, Bd. I. 4) Het histologisch onderzoek van het overigens zeer nauwkeurig waargenomen geval van Spiegelberg schijnt zich bepaald te hebben tot het aantoonen van spiervezelen in maceratie-praeparaten. Yan mikroskopische doorsneden wordt niet gesproken. De dikte van den vruchtzakwand schommelde tusschen 1,5 en 3 mM. (Zie Spiegelber g 1. o. p. 410). 5) Zie Clarence Webster (Duitsche vertaling bl. 35).

167