wand en de veranderingen door de zwangerschap in dezen teweeg gebracht, worden besproken, om te eindigen met de vraag naar de aetiologie. Geval I'). Haematocele retro-uterina infecta. M. M., 38 j. XI para, 2 abortus, kreeg na 3 maanden amenorrhoe hevige buikpijn en begon te vloeien. Buikpijn en bloeding duurden 6 weken, toen zij 7 Juni 1902 met alle verschijnselen van peritonitis inde kliniek werd gebracht. Omdat gediagnostiseerd werd: peritonitis na verwaarloosden abortus en het exsudaat zich hoofdzakeljjk in het cavum Douglasii had opgehoopt, werd kolpotomie verricht. Hierbij werd eene haematocele geopend, waaruit stinkende coagula te voorschijn kwamen, reden waarom per laparotomiam tot totaalexstirpatie werd overgegaan. Het beloop werd gestoord door een darmfistel. Genezing. Praeparaat: Uterus week, vergroot, bevat geene decidua. Linker tuba dik, donkerrood, gaaf. Yan de rechter tuba is alleen het uterine gedeelte over eene lengte van 5 o.M. aanwezig; de rest is achtergebleven als deel van den haematocelezak. Microscopische beschrijving van beide tubae. (Zie Blz. 195.) Beide vertoonen de resten van eene doorgemaakte ontsteking, de rechter tuba bovendien veranderingen door de zwangerschap ontstaan. Geval 11. Graviditas tubaria sinistra. Ruptuur. Mej. H. IV para, het laatst bevallen vóór 9jaar. Menses steeds regelmatig, alleen gedurende de laatste 3 weken atypische bloedingen. 4 Xov. 1903 krijgt zij tijdens eene poging tot defaecatie hevige pijn inden buik en gaat braken. Kort daarna vindt Dr. Auserns haar bleek en angstig met een nauwelijks voelbaren pols. De buik is pijnlijk; nergens demping of weerstand. Per vag. blijkt de portio week te zijn; inde parametria noch in het cavum Dougl. iets te voelen. Pijn en vrees voor het opwekken van eene nieuwe bloeding beletten nauwkeuriger onderzoek. De diagnose: „Ruptuur van eene zwangere tuba” is reeds zeer waarschijnlijk. Morphine. Onder rust en ijs verbetert ’s nachts de toestand; den volgenden morgen treedt eene nieuwe bloeding op, daarom vervoer naar een ziekenhuis, waar zij in ellendigen toestand aankomt. Toestand i) Voor uitvoerige klinische beschrijving der gevallen I, 111, IV, V, VII, VIII, IX en X zie: de Snoo: Eenige gevallen van buitenbaarmoederlijke zwangerschap: Nederlaudsch Tijdschrift v. Geneeskunde 1904. Deel 11, N°. 7 en 8.

142