rechter hypochondrium lagen enkele stolsels. Inden voorwand van het O. ü. S. bevond zich een dwars verloopende scheur met onregelmatige randen van den linker tot den rechter uteruskant reikend. Het goed gecontraheerde corpus uteri lag geheel naar rechts verplaatst. De scheur werd gehecht, de vrouw gesteriliseerd door onderbinding der tuhae en de huik zonder drainage gesloten. De genezing werd de eerste dagen door temperatuursverhooging tot 38.4 gestoord, het verdere verloop was echter gunstig. Als oorzaak voor het optreden dezer verscheuring van den uteruswand na slechts vier zwakke weeën moeten we wel aannemen de laesies, welke de spier hij de vorige twee moeiclijke bevallingen, geëindigd met perforatie van het kind, heeft ondergaan. Het medegedeelde geval heeft groote overeenkomst met dein de litteratuur beschreven gevallen van spontaan optredende zwangerschapsrupturen, welke moeten worden toegeschreven hetzij aan een verkregen, hetzij aan een aangeboren broosheid van het uterusweefsel. Couvelaire zag een dergelijke ruptuur optreden ineen litteeken van vroegere sectio caesarea, Baisch en Hoenck op de plaats, waar een jaar te voren de baarmoederwand tijdens een curettement was doorhoord. Bij de patiënte van Jellinghans was bij de zeven voorafgaande bevallingen telkens de placenta met veel moeite manueel verwijderd moeten worden. Een aangeboren broosheid van de haarmoederspier nemen Preund en Conrad aan. De eerste zag een uterusruptuur inde 7e maand bij een I para met infantielen habitus, de tweede beschrijft een verscheuring vaneen hoorn vaneen uterus hicornis hij een I para in de 4e zwangerschapsmaand. Ham men vroeger voor de verkregen broosheid vettige en hyaline degeneratie der spiervezels, leukocyteninfiltratie en vermindering van de hoeveelheid elastisch weefsel als oorzaak aan, tegenwoordig is gebleken, dat de vermeerdering van het bindweefsel tusschen de spiervezels de hoofdrol speelt. Als voorbeeld, hoe ongemerkt tijdens een kunstbewerking een verscheuring tot stand kan komen, moge het volgende geval dienen. 39 jarige VII para. De vorige partus verliepen spontaan, behalve de derde, waarbij het kind met de tang werd geëxtraheerd. De vrouw was nu voor den zevenden keer zwanger en had een prolapsus vaginae, welke steeds als een vuistgroote tumor buiten de vulva hing; de portio vaginalis kwam tusschen de lahia te voorschijn. Er was een sterke hangbuik, de uterus was ver naar rechts afgeweken. Het kind lag in hoofdligging, was zeer bewegelijk,

326