Inden nieuweren tijd heeft men den oorsprong zoowel van den epignathus als van de acardii moeten terugbrengen tot een tijdstip zeer nabij dat der bevruchting. Mar ch andl) denkt aan twee mogelijkheden: 1 . bevruchting vaneen der poollichaampjes (Richtungskörperchen) die zich bij het rijpe ei vóór de bevruchting van de eikern hebben afgescheiden; 2°. afscheiding vaneen deel van het „Keimmaterial” uit de kiemschijf van den autosiet. De eene onderstelling werd door anderen, o.a. door Schwalbe, wel is waar niet geheel onaannemelijk maar toch niet waarschijnlijk geacht. De tweede daarentegen, door Bonnet nader uitgewerkt, wordt door Schwalbe met volle overtuiging beschouwd als een geschikte grondslag om de geheele groep der asymmetrische, parasitaire dubbelmisvormingen met inbegrip der acardii en ook de teratomen in het lichaam te verklaren. Deze theorie gewoonlijk naar Marchand en Bonnet blastomeren-theorie genoemd, komt op het volgende neer. In het allereerste tijdperk van het embryonale leven, nog vóórdat het tot de vorming vaneen amnionholte is gekomen, worden één of meer splijtingsbollen van de overige gescheiden, zonder dat de samenhang met deze geheel verbroken wordt. Uit die overige ontwikkelt zich de vrucht. Uit de afgescheiden splijtingsbollen groeit wat daaruit kan groeien in verband met de „potentie” dier splijtingsbollen of blastomeren. Geschiedt de afscheiding zéér vroeg, vóórdat een differentiatie in kiem bladen heeft plaats gevonden, dan kan zich uit zoo’n blastomeer een parasitaire foetus ontwikkelen. Geschiedt de afscheiding later, dan is de „potentie” van de blastomeer minder groot en kan daaruit niet een geheele vrucht maar slechts een „gezwel” ontstaan, waarin weefsels van drie of twee kiembladen voorkomen in des te grooter verscheidenheid, naarmate de blastomeer vroeger, in des te grooter eenvoudigheid,, naarmate de blastomeer later werd afgescheiden. Zoo geeft de hypothese der afscheiding van blasfemeren een theorie, die zoowel het ontstaan der epignathi, als dat der sacraaltumoren en dat der in het lichaam besloten teratomen en dermoïdcysten verklaart. Yoor liet ontstaan der acardii moet daarbij worden ondersteld, dat men hierbij of met degeneratie van oorspronkelijk tot hooge ontwikkeling geschikte vormsels te doen heeft of met een inde blastomeer aanwezigen aanleg van slechts een gedeelte van het embryo. Dan ontwikkelt zich m het ééne geval een acephalus (vrucht zonder hoofd, borstorganen, diaphragma, lever, milt, pancreas en het bovenste deel van het darmkanaal maar mèt nieren, ureteren, blaas, lendenwervels, bekken, ') Art. Missbildungen in Eulenburg’s Realencyclopadie.

200