pijn en min of meer sterke benauwdheid het meestal na eenige dagen optredend hoesten en opgeven van frambozekleurige sputa. Yan dezen vorm nam ik 4 gevallen waar. Indien eindelijk de arteria pulmonalis zelf verstopt wordt, is mors suhita of de dood na korten tijd daarvan het gevolg. Deze vorm kwam éénmaal voor. Onder deze 13 emholieën zijn er niet minder dan zes, waarbij het bestaan eener thrombose eerst door de embolie werd ontdekt of het vermoeden daarop werd bevestigd. Twee dezer waren patiënten, wier partus spontaan was verloopen en die op den gewonen tijd waren opgestaan. Eén dag resp. eenige dagen daarna werden zij ziek onder de verschijnselen, bij den eersten vorm beschreven. Er bestond geen thrombose der vena van het been, zoodat de embolus vanuit een gethromboseerd uterusvat is losgegaan. Een derde patiënt, die bij haar bevalling zeer veel bloed had verloren, kon toch op den gewonen tijd opstaan. Eenige dagen later plotseling heftige steek inde zijde, een dag daarna typische sputa. Een thrombose in het linker been werd ontdekt, die zich hoe langer hoe verder tot inde vena femoralis voortzette, en nu nog (vier jaren later) circulatiestoornis veroorzaakt. Bij een vierde patiënt had ik totaalexstirp»atie van den uterus verricht, wegens heftige menorrhagieën door myomen. Na 2Vs week stond zij op, na een week ging zij naar huis. Eenigen tijd daarna kreeg zij plotseling heftige pijn inde zijde, kort daarop gevolgd door het opgeven van bloedige sputa. De vijfde patiënte had zich abortus laten opwekken door middel vaneen bougie. Het inbrengen van deze bougie werd drie maal herhaald, en bleef deze telkens zitten. Acht dagen na, dat de bougie voor het eerst was ingebracht en de abortus nog niet was losgekomen, kreeg zij plotseling heftige pijn inde rechter zijde. Volgenden dag bloedige sputa, pleuritis sicca, eenige dagen later klein exsudaat, koorts. De huismedicus riep mij in consult, ik constateerde stinkende uitvloeiing en adviseerde beëindiging van den dreigenden abortus. Aldus geschiedde. Temperatuur daalde vrij spoedig tot onder de 38. Veertien dagen daarna geen bloedige sputa meer. Geheele genezing duurde vijf weken. Geen thrombose ineen der venae van het been. De laatste patiënte opereerde ik 4Vs week geleden wegens multiple subsereuse myomen. Laparotomie, enucleatie 11 myoomknobbels, vrij veel bloedverlies. Na de operatie bleef de temperatuur iets te hoog, flatus waren ruim gekomen, elk teeken eener peritonitis ontbrak, de pols schommelde tusschen 100 en 110, in vergelijking tot de temperatuur

125