Indicaties. Rekenen wijde indicatie van Pinard als een, die vooral betrekking heeft op het leven van het kind, dan vinden wij, dat in 270 gevallen een indicatie van den kant van het kind aanwezig was, d.i. in 58 °/o der gevallen, terwijl in 188 gevallen gevaar voor de gezondheid of het levender moeders de indicatie tot termineeren door middel van den forceps gaf (40 °/0). Bij de overige 9 gevallen (2 °/0) is de indicatie niet nader aangeduid. Dat de tangverlossing ineen groot gedeelte der gevallen geschiedt ter wille van het kind, blijkt voldoende uit deze cijfers, doch men ziet daaruit tegelijkertijd, dat het aantal gevallen, waarin deze operatie wordt verricht in het belang der moeders, niet gering is te schatten. j Onder de meer speciale indicaties vinden wij o. a. vermeld: [ indicatie van Pinard 187 malen. Ter wille van het harttonen 66 „ k*n ( prolapsus funiculi 14 „ / sterke rekking van het ond. ut. segm. J maien hoogstaande contractiering \ l eclampsie 43 „ Ter wille van de ] oedeem van de voorlip 36 „ moeder 1 koorts (infectie) ante operat 21 „ I appendicitis-aanval 1 maal. j decompensatio cordis 1 „ huidemphyseem 1 » Wijze van opereeren. Inde meeste gevallen werd getermineerd bij volkomen of bijna volkomen ontsluiting; slechts in 21 gevallen was er een indicatie tot termineeren, terwijl de toestand van het ostium het onmiddellijk aanleggen van de tang niet veroorloofde. In die gevallen weid het ostium eerst volgens de methode van Bonnaire—van Oordt verwijd en vervolgens de tang aangelegd, hetzij dwars, hetzij volgens de methode van Lange of Scanzoni of als hooge tang. Een zoogenaamde uitgangstangwas noodig in 211 gevallen, een draaiing volgens Lange was noodig in 167 gevallen, een draaiing volgens Scanzoni was noodig in 10 gevallen, terwijl in 68 gevallen een hooge tang werd aangelegd. Ligging van het kind. Dat de ligging van het kind invloed uitoefende op den al of niet natuurlijken afloop van de haring bleek ons ook hier duidelijk. Dat

39