NASCHRIFT.

Volledigheidshalve zij nog medegedeeld, dat in het Archif fur Gynaecologie, Bd. XXXI, Heft 3, een artikel van Heyl voorkomt, getiteld „Aus der Praxis”. In-het vierde gedeelte, „Zur Geschichte der Menstruationslehre”, wordt van de vertaling van Sintema gewag gemaakt en een Duitsche editie van 1744 genoemd, uitgegeven door Hermanus Kentlink. Reeds toen had Daniels het vermoeden uitgesproken, dat de „Nieuwe beschrijving der kleine waerelt” van dezelfde hand moest zijn' als van den vertaler van Venette, daartoe geleid door de overeenkomst der titelbladen. Daar de strekking van deze twee werken echter zoo hemelsbreed verschilde, werd de onderstelling van Daniels door Deyl verworpen. Toen de laatste de gelegenheid had een lijst van boeken in te zien, gedrukt bij H. Kentlink, vond hij daar: Sintyma, G-emalde der ehelichen Liebe, 4 Theile mit Bildern, Beschreibung der kleinen Welt, mit Bildern. Is deze opgave van Kentlink juist, wat ik niet heb kunnen controleren, dan zou hieruit blijken, dat Sintema wel degelijk èn de vertaling van Yenette èn de „kleine waerelt” in 1728 het licht deed zien. Het blijft dan echter duister, hoe een schrijver in hetzelfde jaar twee boeken kan uitgeven, die principieel zoo groote verschillen vertoonen. Hoogst merkwaardig is echter het feit, dat in „de kleine waeielt reeds de leer van de spontane ovulatie verkondigd wordt, die door Löwenthal een honderd vijftig jaar later als iets nieuws is vermeld. (Zie Xederl. Tijdschr. voor G-eneesk. 1891, dl. 1, blz. 228 en volg.).

281