den, noch kon wórden nagegaan, langs welken weg (bloed- of lymphebaan, tuba) de besmetting zich in het lichaam verbreid heeft. Hoeveel duisters er ook blijftin deze waarnemingen, toch zijn zij van groote beteekenis voor de beoordeeling van de aansprakelijkheid van den verloskundige bij puerperale infectie! Toe. 1914—258. gehuwd was, zou steeds op tijd gemenstrueerd hebben; den laatsten keer in Februari. Toen zou er een amenorrhoe van 7 weken zÜn gevolgd en in begin April en begin Mei zou zij ook weer een ongeveer normale periode hebben gehad. Inden nacht van 13 op 14 Juli had zij hevige kramp inden buik gekregen en had zij gebraakt. Eerst 15 Juli riep zij den medicus, omdat ze veel buikpijn had en in 4 dagen geen ontlasting had gehad. Deze vond een niet zieke vrouw, doch met een temperatuur van 39° en uit de vagina kwam veel foetor. Nadat er op wonderolie ruime ontlasting gekomen was, werd de vróuw naar de kliniek gebracht. Zij maakte toen een niet zieken indruk; de temperatuur was 38.2. Alleen bleek de buik gespannen en zeer pijnlijk te zijn, zoodat een nauwkeurig onderzoek moeilijk was; de uterus gravidus van ± 8 maanden was sterk samengetrokken en zeer pijnlijk bij betasten. Bij inwendig onderzoek voelde men een staande portio vaginalis; het halskanaal was voor den vinger toegankelijk, doch men kon noch een vochtblaas, noch placenta – weefsel met eenige zekerheid voelen. Den volgenden dag braakte de vrouw veel en had zij geen ontlasting; bij darmhevelen kwamen er alleen gassen. Het braken, de darmparalyse en de pijnlijkheid deden denken aan een peritoneale prikkeling óf door infectie van den uterus uitgaande, óf dooreen mechanische afsluiting van den darm. Inden morgen van 17 Juli werd spontaan een kind van 1130 gram geboren, doch ook daarna bleef de buik opgezet en was er door de sterke spanning niets door te voelen. Nadat den geheelen dag de darmparalyse bleef bestaan en de vrouw bleef braken, werd 12 uren na de bevalling de buik inde mediaanlijn geopend; voor de algemeene peritonitis kon men geen oorzaak vinden. De wond werd gedraineerd, doch 24 uur later stierf de vrouw. Bij de obductie kon evenmin een oorzaak voor de algemeene peritonitis gevonden worden. Lever, galblaas, maag, darmen, appendix, genitalia normaal. Er blijft wel niet anders over, dan, waar de infectie reeds bestond voor de komst van den medicus, deze op te vatten als een infectie uitgaande van de geslachtsorganen,

208