metriüm gedrongen is. Eene diagnose kan ik niet maken; ik denk aan trombophlebitis van bekkenvaten, aan een geïnfecteerde bloeduitstorting, zelfs aan een bekkentumor, maar kom niet op de gedachte aan een echinococcus. Toch blijkt het dit te zijn; omdat er vrij zeker etter zit, verricht ik proefpunctie en aspireer dunne zeer stinkende pus. De daarop volgende incisie geeft een etterstroompje, waarin eenige kleine troebele dochterblaasjes. Ook de wand van de moederblaas komt voor den dag en de vrouw is met eenige dagen genezen. Een nauwkeurig onderzoek van de leverstreek doet niets bijzonders vinden, wat aanleiding zou kunnen geven om aan een leverblaas te denken. Inde beide andere gevallen, waar de blazen zich ook in of liever onder het cav. Dougl. ontwikkeld hadden, kon ik de diagnose stellen voornamelijk, omdat de tumoren zich meer naar beneden hadden ontwikkeld en omdat ze ongeveer in denzelfden tijd voorkwamen als de eerste van de hier genoemde. Opmerkelijk is trouwens, dat juist het cavum Dougl. en overigens ook het cavum Reitsii voorkeurplaatsen zijn voor de ontwikkeling van echinococcen. Dit pleit voor de theorie van Deve. Maarde zetel kan ook nog lager zijn. Een 14-jarig meisje wordt gezonden, omdat ze afsluiting van de vagina zou hebben. Ze heeft nog nooit gemenstrueerd, maar wel tijdens het laatste jaar nu en dan pijn inden buik en wel volgens de moeder op geregelde tijden. Gedurende de laatste maanden zou zij in die tijden ook het gevoel hebben of er iets uitzakte, wat nu na de laatste keer bleef bestaan, zoodat ze er niet goed door loopen kon. Het goed ontwikkelde meisje vertoont in borst en buik geen afwijkingen. Bij het uiteenspreiden van de kleine schaamlippen blijkt de introitus afgesloten door een witte membraan, welke naar buiten uitpuilt. Bij nader toezien blijkt het bleeke hymen normaal aanwezig, maar als een kraagje te liggen om een blankwitte uitpuilende tumor. Het gelukt ook een sonde onder het hymen door inde vagina te brengen. Per rectum blijkt de tumor ganzeneigroot te zijn en pral elastisch aan te voelen. Het is dus een vaginaal cyste en dank zij de witte kleur wordt aan een echinococcus gedacht. Bij de incisie komt dan ook de blaasworm voor den dag. Drie weken later heeft het kind de menstruatie zonder bezwaren. Het laatste geval, dat ik noem, heeft niet veel bijzonders, maar het vult de reeks aan, omdat het eene zwangerschapsverwikkeling was. Eene vrouw, die voor de derde maal zwanger is, heeft nu ze zeven maanden ver is, gemerkt, dat er een afzonderlijke knob-

313