T MARIE ANTOINFTTE Een coiffure uit 1770 Aan het hof te Versailles gat Marie-Antoinette den toon aan. Zij inspireerde Hofkapper Leonhard tot fantasierijke en zeer bewerkelijke kapsels. Het kapsel van de moderne vrouw is eveneens bewerkelijk in al zijn eenvoud. Hier komt de techniek te hulp met Proco - de ideale shampoo. Wetenschappelijk bereid met het extract van Hamamelis, geeft deze shampoo een heerlijk, rijk schuim, dat intens reinigt. Bovendien houdt een watergolf na een Proco-behandeling veel langer! Iedere vrouw, elk meisje, dat prijs stelt op dien prachtigen gouden gloed, die ligt over gezond, fluweelzacht haar, vraagt Proco - een schoonheidsbad voor Uw haar ! PROCO Geeft Glans en Golving aan Uw haar

iendelijk verzoek aan de verbruikers van

CALCIUM CHEFARO

Aan de groote vraag naar Calcium Chefaro ( Calcium - jfluconaattabletten met pepermunt- en chocoladesmaak ) kunnen wij nog slechts beperkt voldoen. Als uw apotheker of drogist een doosje heeft, reserveer het dan voor hen, die • het hardst extra kalk noodig hebben, b.v. jonge kinderen en a.s. moeders !

CHKKARO ROTTKItI)AM

9 n Verstandige huisvrouw vraagt

huisvrouw vraagt

DE EER

VAN ZIJN KIND

„Nou is 't gebeurd!" De opmerking werd -slechts fluisterend, nauwelijks verstaanbaar, gemaakt door een der menschen uit een groepje, dat op 'n donkeren, regenachtigen morgen voor de somber-uitziende ijzeren hekken van Fourways Gaol stond, de gevangenis, op welker binnenplaats dien morgen 'n misdadiger zijn tol aan de gerechtigheid

had betaald met het offer van zijn

leven.

Er had reeds verscheidene minuten achtereen diepe stilte geheerscht onder dat groepje, hetwelk grootendeels uit vrouwen bestond. In spanning en angstig afwachten hielden zij de oogen gericht op den top van een vlaggestok, die boven de donkere gevangenis-gebouwen uitstak. Die spanning, en die stilte, werden opeens verbroken door het geluid van een bel, waarop een enkele tik werd gegeven, en toen, als met een schok, vloog langs de vlaggestok 'n stuk zwart doek omhoog. Dót was het sombere teeken....

Uit den mond van een der vrouwen klonk een snik en een halfgesmoorde kreet, en bijna tegelijkertijd zakte zij op de knieën. Dót kon toch niet alleen de reactie wezen van een „belangstellende toeschouwster" — het moest wel de uiting, zijn van een vrouwenhart, dat méér te dragen kreeg dan het verdragen kón en dót wil heel wat zeggen

want hoeveel 'n echte, sterke vrouw dragen kan, als het moet, dat weet geen mensch, en zeker geen man, te zeggen! ■Ta, de menschen die daar stonden, wisten dat het voorbij was, zij kenden de beteekenis van dat belgeluid en het omhoog schieten van de zwarte vlag. Het was een aanduiding, dat een verdwaalde ziel, door de menschelijke gerechtigheid gedwongen was teruggegaan naar haar Schepper. De Dood had zijn offer ontvangen, en het werktuig, de galg, kon weer worden opgeborgen. Onder het groepje menschen, dat grootendeels uit nieuwsgierigheid was komen kijken naar de terechtstelling, kwam weer wat leven en beweging, er werd weer luider gepraat en sommigen gingen reeds heen. Zeker, voor 'n korte poos had de Dood, op zulk een huiveringwekkende wijze door den mensch veroorzaakt, aller gedachten en aller belangstelling in beslag genomen, maar nu was dat voorbij, en opnieuw eischte het leven, gebiedend, zijn rechten.

Slechts enkele menschen waren nog blijven staan en onder hen bevond zich ook de magere, bleeke vrouw met het sluike haar en de starende oogen, die haar ontroering niet had kunnen bedwingen. Terwijl zij daar nog stonden, werd een deur naast de groote hekken geopend en kwamen er drie politieagenten naar buiten. Een van hen, die blijkbaar een rang bekleedde, prikte met 'n paar punaises 'n stuk papier op een plank, welke op de deur was bevestigd en voor officieele aankondigingen diende. Inderdaad stond er op dat papier te lezen —in koele en officieele woorden — dat aan de gerechtigheid was voldaan.

De man die het papier had vastgeprikt ging weer naar binnen, de beide anderen bleven staan en monsterden zoo'n beetje de laatste „belangstellenden". Even later ging de deur naast de hekken weer open, en een man van kleine, gedrongen gestalte trad naar buiten. Hij zag er eenvoudig, zelfs 'n ietsje armoedig uit met z'n glimmend blauw pak, veelgedragen hoed en schoenen die ook al zichtbaar lang dienst hadden gedaan. Ook het koffertje dat hij in de hand hield, had z'n beste dagen gehad. Men vergat dat alles echter gemakkelijk zoodra men z'n gezicht zag. Dat maakte 'n indruk van eerlijkheid en betrouwbaarheid, al scheen hij ook iemand te zijn van weinig woorden. Een der politiemannen deed 'n paar stappen opzij om den man door te laten.

„Dat is-ie!" fluisterde een der vrouwen, die nog gebleven waren. „John Shand!"

„Shand?"

„Ja, de beul. Hij krijgt telkens vijf

UIT HET ENGELSCH DOOR WALTER TYRER

Wq maken een aanvang met de publicatie van een vervolgverhaal „De eer van zqn kind", dat de heel bijzondere aandacht van onze lezers waard is.

De hoofdpersonen zQn:

John Shand beul

Mary Shand, zijn oudste dochter Betty Shand, zjjn jongste dochter Stephen Lynch, een kwakzalver Simon Varley, kasteelbewoner Rose Varley, . . zqn dochter

pond, als ie d'r een dood maakt."

John Shand keek even om zich heen, en zijn somber gezicht verhelderde, toen een slank blond meisje naar hem toe kwam. Ze had mooie blauwe oogen, maar op het oogenblik stonden die droevig, haar gezichtje was bleek en zij scheen zich erg ongelukkig te gevoelen. Shand glimlachte.

„Zoo Mary, ben je daar?" vroeg hij vriendelijk.

„Bent u klaar, vader?"

Hij knikte, en zij wil<fe zich omden om naast hem te gaan loopen, maar het kwam zoo ver niet: de in het zwart gekleede vrouw, die kort tevoren zoo opvallend haar zelfbeheersching had verloren, rukte zich plotseling los — want een der andere vrouwen, die haar blijkbaar wilde kalmeeren, hield haar bij een arm — en kwam met driftige stappen naar Shand toe.

„Zoo, John Shand, je hebt dus mijn man opgehangen! Nou, hij was 'n heel wat betere kerel dan jij ooit zult kunnen worden, en ik mag lije dat je ervoor in de hel komt, ellendeling! En als die meid hier een dochter van je is, dan vervloek ik haar! Moge zij sterven, zooals mijn man het moest doen, jong en gezond en mooi, door de hand van een lafaard! Ja, ik hoop dat zij bij volle bewustzijn de dood mag zien aankomen, terwijl ze zeker weet dat zij hem niet kan ontkomen, en dat het graf haar huwelijksbed mag zijn! Da's nou mijn vloek over jouw meid, Shand!"

Toen ze begon, sprak ze nauwelijks halfluid, maar van lieverlede begon zij heftiger en luider te praten, en de laatste woorden gilde ze hem in het gezicht, terwijl ze 'n paar als klauwen gekromde handen naar hem uitstak en haar tanden toonde als een wild dier. Het was een huiveringwekkend gezicht. Een oogenblik leek het alsof ze met haar scherpe nagels het knappe, gave gezichtje van Shand's dochter wilde openkrabben, maar de politieagenten hadden de scène natuurlijk al gezien en kwamen bijtijds tusschenbeide. Zij begrepen natuurlijk wel, dat deze vrouw op het oogenblik niet bij haar volle verstand was, en het was dan ook met zachten drang en niet met geweld, dat zij haar meenamen. Dat scheen een goeden invloed te hebben, want de vrouw begon te snikken en het leed dat nu op haar gezicht te lezen stond, was hartverscheurend om te zien.

„Kom mee kind," zei Shand tegen zijn dochter. Hij liep door, en scheen door het schokkend tooneeltje van even tevoren in het geheel niet van zijn stuk gebracht te zijn. Het meisje echter was zichtbaar van streek; haar gezichtje was vertrokken en er stonden tranen in haar oogen.

„Zij heeft mij vervloekt, vader!" zeide zij snikkend.

„Och kind, dat mensch was natuurlijk over haar zenuwen heen en ze zal het heusch wel niet zoo erg bedoeld hebben." Zijn toon was vriendelijk en kalmeerend, maar toch stond zijn gezicht strak en zijn oogen hadden een harde uitdrukking. »

Langzamerhand kalmeerde het meisje 'n beetje, maar men kon toch nog goed aan haar zien dat zij het voorgevallene nog niet te boven was. Tel-