Beste jongens en meisjes.'

Het hele nummer van vandaag is gewijd aan eigen-werk, anders kom ik nooit door die stapel! Dus deze week geen verhaaltjes, wetenswaardigheden, raadseltjes o[ Prof. Denkrimpels. Eigenlijk is onze pagina veel en veel te klein. Ik heh dat ook al eens aan onze hoofdredacteur gezegd. Maar die mijnheer vertelde dat we met onze pagina-ruimte in onze handen mochten klappen, vele andere rubrieken zouden willen over zoveel ruimte te kunnen beschikken. Dus.... maar niets meer zeggen en maar blij zijn met onze gróóóóte pagina!

ATTENTIE: Volgende week heb ik een appeltje met één van jullie te schillen. Dan komt er een stukje met als titel:

VERRAAD IN ONS KAMP?

Aan de dood ontsnapt

Keesje was het zoontje van een spcoiwachter. Als er een trein kwam, moest zijn Vader de hekken sluiten. Op een keer. Vader was niet thuis en Moeder had het èrg druk. speelde Kees achter het huis. Hij had gezegd, daar te zullen blijven, maar....

Eerst speelde hij met 't geitje en toen met een kistje, dat hij zijn trein noemde. Hij duwde het kistje door het zand, maar dacht opeens dat het véél leuker zou zijn, als hij op de spoorlijn ging spelen; daar reden de échte treinen immers ook. Dus draafde Keesje op zijn korte beentjes naar de spoorlijn, plaatste het kistje op de rail en ging er ?elf op zitten. Zo was het veel echter! Dan: in de verte nadert een trein! Keesje, noch moeder heeft er weet van. Er is echter een ander, die wèl wat ziet. dat is Anneke, een meisje uit het dorp. Ze gooit haar fiets neer, springt over een sloot en rent naar het jongetje toe. Anneke grijpt Keesje en zet hem met kist en al aan de kant en valt er zelf ook bij neer. Daar davert de trein voorbij. Anneke huilt van opwinding. maar Keesje lacht en zegt: „da-da, trein!"

Zó ontsnapte Keesje aan de dood!

„Friezinnetje".

Een slimmerd!

Tommy staat voor de landkaart en wijst Amerika aan. „Goed," zegt de juffrouw, „en wie heeft Amerika gevonden?" — „Ik!" zegt Tommy fier, „niemand heeft me geholpen!"

Werkbespreking

Riemie Zijlstra's opstelletje over Jantjes eerste schooldag is wat te simpel, niet aantrekkelijk genoeg. Maar goed oefenen! Het zelfde geldt voor het „dode musje" van Marian Krans. Wegens plaatsgebrek moeten de volgende „eigen werkjes" vervallen: het versje „Onze Meester" van Jan de Vries: „Op de Boerderij" van D. Laumans, „Een vreselijke Middag" van Annie Constant; „Het tuintje in het bos" van Jantje Abfcing: „Een nare Kerstvacantie" van Willem Ferwerda; „Mijnheer en Mevrouw van Pompeienburg" van Franeina van de Vlierd; ,.Dirks Kerstfeest" van Mientje Mensink; „Kerstklokje" van „Friezinnetje". „Aan de dood ontsnapt" van „Friezinnetje" is wel wat sentimenteel, maar kon. na bekorting, toch door de beugel. „Het avontuur van de twee ongehoorzame kaboutertjes" van Lili komt met de hakken over de sloot. Anders maar een akelig verhaaltje, hoor! Rina Goeman. Een gedichtje gaat blijkbaar nog boven je krachten, Rina! Wel heb je gevoel voor humor, en dat is in het leven ook wat waard!

MARCUS REDACTEUR!

Zoals jullie weet, heeft poes Marcus mij wel eens geholpen. En dat heeft hem blijkbaar zo vervuld van eigen glorie, dat ie al maandenlang zeurt om ook weer eens te mogen schrijven. Ten einde raad heb ik gezegd dat hij, zo nu en dan, maar wat over de poesjes moet schrijven. Dat vond ie goed. Volgende week komt zijn eerste bijdrage!

Wat de post bracht

Yvonne Sommer. Het spijt me Rotterdammertje, maar aan een correspondentie-adres kan en mag ik je r.iet helpen. Groetjes! R. Tijsma, niet op gelinieerd papier tekenen! Piet Goosen. Tekening is ruim voldoende, maar niet interessant genoeg. Bovendien was het papier erg smoezelig. Hansje Brouwer is nog wat klein; nog maar goed oefenen. Hans! Het „ald turfmakkers hüske" van Jacob Wieling komt er in! Goed werk! Ook voor het clubhuis van Wim Meeder ruim ik een plaatsje in. Het opstelletje van Thea Busink zegt me te weinig; er gebeurt zo niets. Dat had je lolliger kunnen vertellen, Thea! Hetzelfde geldt voor „de dappere jongen" van H. Verhaaff. Volgende keer beter? Het huisje van P. C. van de Wiel doet het maar wét goed. En toch.... zit er geen leven in. Waarom geen fietser op dat wegje, waarom geen kippen op de voorgrond? Maak je tekeningen toch leuker! Klaas Mast heeft dat beter begrepen. Komt er in! De tekening van Jantje Abbing is te braafjes. Lijkt te veel op een schooltekening. Jan Wertman moet een beetje meer netheid leren. Nogal smoezelig werk. Jan! Ook geen ruitjes-papier gebruiken. Leny Steens. Je tekening zegt me te weinig. Maar goed oefenen! Het zelfde geldt voor Toos Drijvers. Nooit de lineaal gebruiken! Dus 4 Maart is het feest bij jullie?! Alvast proficiat! Ook Rikie van Heusden moet haar tekeningen wat grappiger maken. Waarom geen schipper op die stoomboot Betekend? Pitt Veeman. Waarom geen briefje ingesloten?

Nu weet ik niet of je de tekening zelf verzonnen hebt, of nagetekend. En wat stelt ze voor? Voor Gerard Thijssen: van hetzelfde laken een pak. Wat zit er in die schuit? Vertel dat eens! De groeten van Marcus. Tine de Jong. Maar Tine, dat kun je toch veel leuker vertellen! Jennie den Hollander. Tekening zegt me zo niets; en nooit een brief met potlood schrijven. Annie van Diemen. Je plaatje heeft de tekenaar afgekeurd. „Niet met zorg gemaakt," zegt ie. Je schrijft anders erg mooi. Studeer maar goed piano! Suusje Berndsen zal het wel leren! Piano? Wel nee, tekenen natuurlijk! Komt voor mekaar, Suusje! Milly van Eijsden. Dat de onderwijzer tegelijk met jou griep had en thuis moest blijven, zou je ook: pech kunnen noemen! Foei, jeugdredacteurü Milly denkt daar anders over, die schrijft: mijn onderwijzer had gelijk met mij griep. Ik raakte op schooi dus niet achter. Braaf zo, Milly! Ik heb je briefje ook aan Marcus laten lezen; let maar eens goed op het nummer van volgende week! De tekenaar was erg in zijn schik met je tekening! Hennie en Janny Boonstra zijn welkom! Leo Nissen. Niet kwaad getekend, maar voor een jongen van 13 jaar toch niets bijzonders. Alleen bijzondere dingen komen in onze pagina. Die mannetjes in de bootjes zijn vormloze inktmoppen. A. Gorissen. Je broer, als mijnwerker, krijgt een plaatsje! Je opstel ook! Cor Visker. Komt er in!! Erica Luinge. Ik ruim ook voor jou een plaatsje in. Hennie Hendriks. Je laatste versje viel me toch tegen. En zó akelig: Zacht ruist de wind door de bomen, en Wim

kreunt zachtjes mee! Brrr! Maak eens wat over een vrolijker onderwerp. Gerrit Wildeboer's opstel viel me ock tegen. Je tekening was beter, maar toch nog niet leuk (let wel, ik schrijf niet: mooi) genoeg voor onze pagina. Mijnheer Coenen. laat uw zoontje eens wat zelf verzinnen. Zo'n nagetekend plaatje zegt mij, en onze lezertjes, zo weinig. Nico Spoelstra. De boerderij komt er in! Gerrit Braaksma stuurde mij een tekening naar mijn hart! Of die tekening zo erg mooi is? Wel nee, maar erg leuk: een tekening waarop iets te zien is, een tekening als een verhaaltje. Je hebt wel wat donker papier gebruikt Gerrit. ik zal de tekenaar echter vragen of hij er raad op weet. Alphons Gicsen stuurde mij een plaatje met een zelfverzonnen onderwerp. Wel niet kwaad, maar Alphons moet eerst toch nog maar eens goed oefenen. Je zult het best leren! Lily van Egmond moet mij even laten weten, hoe zij aan dit onderwerp komt. Ik meen die voorstelling eerder gezien te hebben Mieke Bouwman. Wat zul jij een gezonde meid worden! Elke morgen 7 uur op, en dan 3 kwartier fietsen! Tekening en opstel in orde!

VOOR ALLEMAAL. Stuur vooral leuke, grappige tekeningen. Hoe meer er opstaat, hoe beter! En.... nooit natekenen! Kun je niet tekenen, maak dan een kort opstelletje of versje. Niet overschrijven. Stuur je eigen-werk aan:

Redactie van „Onze eigen Pagina".

Postbus 497, Amsterdam.

Onze Kunstgalerij

Om te beginnen een portret van de jeugd-redacteur, getekend door Jeantje Kuikman. Wat voel ik me gevleid! Al lijkt Marcus dan meer op een vette muis, al zit mijn neus wat te hoog, en wijkt mijn kin wat te veel terug, toch erg natuurgetrouw!

Vervolgens een tekening van Kees Eveleens. Niet omdat die tekening nu zo erg mooi is, maar omdat Keesje ziek is; en op bed tekenen dat valt heus niet mee!

Dan een tekening van Topy Koornneef. Ook al niet om de tekenvaardigheid geplaatst, maar wel omdat Topy onze „kampioen-medewerkster-op-de-lange-afstand" is. Topy woont namelijk helemaal in Istanboel (Turkije). Daarom tekende zij dan ook een Turkse moskee.

„Eindelijk!" zal W. F. zeggen, „daar is mijn tuinman." Ja, daar is ie dan!

H£lNT)fc zov Voog

M0EPI6 KI?oop Hy I NVt VUüR60O (s>p..J

WAS OpGEYo&EN. HET HAP NIMMER EEtOKo6E1-GE21ECJ V )E,op

HEYNEY &S EEN K0PY5Egfll DRIE KEEP OMSPRONG PflTKMW VAN DIE OtOPEN'