door apenklieren

Professor VORONOFF werkt weer aan zijn verjongingskuren

MISSCHIEN hebt U zich de laatste jaren ook wel eens afgevraagd wat er toch geworden zou zijn van professor Voronoff, de man, die vóór de oorlog zowel de wetenschappelijke als de doodgewone wereld min of meer op stelten zette door zijn verjongingskuren met behulp van apenklieren. Wel, hij leeft nog en is inmiddels een krasse oude baas geworden, maar rondom zijn weleer zo opzienbarende experimenten is het nu heel wat rustiger.

Nu moet men niet denken, dat hij zijn theorieën helemaal heeft laten varen. Integendeel, hij is nog steeds overtuigd, dat zijn vinding deugdelijk is, maar hij beschikt niet meer over zijn farm van zorgvuldig gefokte en uitgezochte apen en het vergt veel tijd zijn verzameling weer op peil te brengen.

Tot 1940 bewoonde professor Voronoff een prachtige villa in het stadje Grimaldi, dat aan de Italiaanse Rivièra vlak bij de Franse grens is gelegen. Hij is een als Fransman genaturaliseerde Rus en week daarom uit voor de Duitsers. Hij vestigde zich in Amerika. Zijn apencollectie moest hij echter te Grimaldi achterlaten en hij hoopte, dat hij na de oorlog zijn werk rustig zou kunnen voortzetten.'

Helaas, de Duitsers, die geen kans zagen de rots van Gibraltar met haar beroemde apen in handen te krijgen, maakten zich van Voronoffs apen meester en tot nu toe hebben zij ze niet terug gebracht. .. Tot overmaat van ramp werd de villa van Voronoff tijdens de oorlogshandelingen van 1944 grotendeels verwoest.

Toen de professor na de bevrijding terugkeerde op de plaats, waar hij vele jaren had gewoond en gewerkt, vond hij slechts ruïnes en geen enkele aap.

Op zijn leeftijd — hij was inmiddels tachtig jaar oud geworden — kostte het hem bijzonder veel moeite weer op te bouwen wat verloren was gegaan.

Nu weten wij niet of professor Voronoff zich zelf ook met apenklieren heeft bewerkt en zich daardoor jonger voelt dan de eerste de beste, maar in elk geval bleek hij nog over voldoende veerkracht te beschikken om het grote werk weer aan te pakken.

Hij heeft zijn werkzaamheden hervat en langzaam maar zeker komt hij weer op dreef.

Zal hij er in slagen de mensheid te verjongen? Wij zouden er geen oordeel over durven uitspreken. De wereld van de wetenschap heeft nooit volledig vertrouwen gesteld in de waarde van zijn onderzoekingen, maar van de andere kant moet men hem toch ook niet beschouwen als een ordinaire kwakzalver. In vroeger jaren is Voronoff dikwijls het mikpunt geweest van grapjes in kranten, cabarets en dergelijke, maar door goedkope aardigheden wordt de waarde van een serieus geleerde niet geschaad. Men moet zich ook niet voorstellen, dat afgeleefde oude lieden door de methoden van professor Voronoff hersteld zouden kunnen worden in de krachten van hun jeugd. Hij beweert niet meer dan dat herstel mogelijk is bij mensen wier krachten slechts verzwakt — dus niet verdwenen — zijn. Volgens hem is de meest geschikte leeftijd voor een behandeling tussen vijftig en zestig jaar; dan kan iemand zich een lange reeks van jaren fit blijven voelen zonder de ouderdomsverschijnselen te ondergaan, die normaal optreden bij mensen, die aan hun oude dag toe zijn.

„Wij worden te vroeg oud," zegt professor Voronoff, „wij sterven voordat wij onze taak hebben volbracht, en mijn doel is nieuwe levenskracht te geven aan mensen, wier waarde met hun leeftijd is gestegen, wier gedachten verrijkt werden met verzamelde kennis."

Misschien zal Voronoff er in slagen opnieuw de hele wereld van zich te doen spreken; misschien ook bevindt hij zich op een dood spoor en zal van zijn levenswerk niets dan een vage herinnering overblijven.