~Dat stomme dier!" (Uit ~De Visch en de Mensch )

of albums voor vrienden, die niet werden uitgegeven, terwijl hij uit het Engelsch vertaalde en enkele studies schreef, waarvan één iii het Fransch over Jacohus Houhraken.

In 1874 heeft de Arnhemsche uitgever P. Gouda Quint zijn verzameld werk in tien deelen uitgegeven. Compleet is deze serie allerminst, maar het belangrijkste is er wel in opgenomen. De zelfde uitgever heeft later alles, wat hij van Ver Hiiell bemachtigen kon, verzameld en in een catalogus ondergehracht.

Wanneer men ’t hoek van Dyserinck eigenlijk de eenige uitvoerige beschrijving van leven en werken van Ver Huell leest, moet men wel tot de conclusie komen, dat hij een zeer degelijk man is geweest, met een sterk ontwikkeld verantwoordelijkheidsgevoel en met een ingeboren eerbied voor de traditioneele waarden. Hij was wat dit betreft

een kind van zijn tijd. De negentiende eeuw munt in Nederland nu niet bepaald uit door groote hartstochtelijkheid en revolutionaire ideeën, zeker niet in den tijd toen Ver Huell zijn grootste successen beleefde. In „Is ’t waar of niet? schrijft hij 0.a.: „Kunnen mijn plaatjes en bijschriften u soms in een vroolijke, dat is gezonde, stemming brengen, of stof tot denken, dus tot ontwikkeling, geven, dan zal ik meenen geen nutteloos werk geleverd te hebben.” Elders zegt hij: „Met de natuur als eenige leerraeesteresse en waarheid als eenig doel van mijn leven, zal ik meer trachten naar goedhartigen humor dan naar bijtende satire. Personeel (persoonlijk) zijn, nimmer!

Hij is dus een moralist, die met een zekere angst om te kwetsen, zijn kunstzinnige arbeid verricht. Hij heeft dan ook in latere drukken van sommige zijner albums teekeningen, die hem te cru voor-