'SOO M. en grooter is geen spoorverwijding toegepast. De spoorverwijding is afgeleid uit de formule

(600 e = 7 mM. 10000

In bogen is aan de buitenspoorstaaf een verhoopng aangegeven ten opzichte van de binnenspoorstaaf, welke is afgeleid uit de formule

V 2 h = 8.89 mM.

waarin R = de lengte van den straal in M. De grootste verhooging bedraagt bij een snelheid van V = = 35 KM. ten hoogste 10 cM. Voor bogen in de onmiddellijke nabijheid der stations is wegens de beperkte snelheid waarmede gereden wordt, de verhooging der buitenspoorstaaf slechts ongeveer de helft. De verhooging is bij de tangentpunten reeds

ten volle aanwezig. Als overgangsboog is toegepast de kubische parabool met de 1

X 3 y=

C. Bovenbouwmaterialen. De in gebruik zijnde spoorstaven zijn van het vignola protiei en de brugspoorstaven van het groefrnodel en vervaardigd van vloeistaal met een trekvastheid van 60—70 KG./mM . en een rek van 10 tot 14 %. De scheikundige samenstelling moest voldoen aan de volgende voorwa_arden_: |

Zwavelgehalte hoogstens 0.06 % en jAosphorgehalte o.io %. De verdere mechanische eigenschappen werden bepaald door de trekproef, buigproef en slag- of drukproef.

De Serekêning"der spoorstiMfctertee is geschied volgens de methode van Dr. H. Zimmermann

i) Dr. H. Zimmermann Handbuch der Ingenieurswissenschaften Fünfter Teil. Der Eisenbahnbau. Zweiter Band blz. 45.

~ BY+ 7 G.a M = – . waann 4Y+ 10 4

B 6E I Y = jj waarbij B =

S D

M = maximum moment in KG./cM. in de spoorstaaf optredend.

Figuur 2.

G = raddruk in KG.

a = afstand dwarsliggers hart op hart gemeten in cM.

E = elasticiteitsmoduTes spoorstaaf = 2200000.

I = traagheidsmoment spoorstaaf in cM*. w = weerstandsmoment „ in cM®.

D = dwarsli;?gercoëfficiënt = 6340 KG. voor een ballastcoëfficiënt c = 3 bij verwaarloozing van de inknijping

van het hout en voor dwarsliggers van de afmeting van 200 X 25 X I2| cM. S = spoorstaafspanning in KG./cM .

De berekening voor locomotieven van 20 ton dienstgewicht is dan als volgt:

6E I _ 6.2200000.5383 _ 8 8.4 KG. ® “ 9458

B 8398.4 Y = = 1.32. – D 6340 _ 17.56 X 5000 X 9458 _ KG.jcM. – 15.28 X 4

S = = 1393 KG./cM^. 97.4

De in de spoorstaven van 26 K G. per optredende spanning voor rustende belasting met locomotieven van 20 ton