65 passagiers vervoerd kunnen worden, uit technisch en economisch oogpunt bekeken, minstens gelijkwaarciig is aan een bedrijf met benzinebussen, zooals (leze thans in gebruik zijn.

Wij meenen dat ze uit andere overwegingen en wel van verkeerstechnischen-, staathuishoudkundigen- en hygiënischen aard de voorkeur verdienen boven de benzinebussen.

Ingestelde beroepen tegen autobusconcessies.

In de Nederlandsche Staatscourant van 23 November lezen wij:

i“. het beroep, ingesteld door de directie der Ned. Spoorwegen, tegen de beschikking van Gedeputeerde Staten van Friesland van 27 Mei 1927, no. 137, iste afd. B, waarbij aan Fl. T. Langhout, te Irnsum, tot I Januari 1933, behoudens tusschentijdsche intrekking, vergunning is verleend tot het in werking brengen van een autobusdienst tusschen Oudeschouw en Leeuwarden ;

2*'. de beroepen, ingesteld door J. B. van der Pol, te Franeker, en door S. Bruinsma e. a., te Midlum, tegen de beschikking van Gedeputeerde Staten van Friesland van 20 Juli 1927, no. 100, iste afd. B, waarbij aan eerstgenoemde tot I Januari 1933, behoudens tusschentijdsche intrekking, vergunning is verleend tot het in werking brengen van een autobusdienst tusschen Franeker en Ffarlingen langs den Rijksstraatweg;

3“. het beroep, ingesteld door de directie der Ned. Spoorwegen, tegen de beschikking van Gedeputeerde Staten van Friesland van 18 Mei 1927, no. 183, iste afd. B, waarbij aan G. Mink, te Langweer, tot i januari 1933, behoudens tusschentijdsche intrekking, vergunning is verleend tot het in werking brengen van een autobusdienst tusschen Langweer en Leeuwarden (alleen des Vrijdags);

4°. het beroep, ingesteld door de directie der Ned. Spoorwegen, tegen de beschikking van Gedeputeerde Staten van Friesland van 8 Juni 1927, no. gB, iste afd. B, waarbij aan J. J. Kuipers, te Twijzel, tot i Januari 1933, behoudens tusschentijdsche intrekking, vergunning is verleend tot het in werking brengen van een autobusdienst tusschen Buitenpost en Leeuwarden (des Woensdags en des ; het gedeelte Buitenpost—Twijzel alleen des Woensdags);

5". het beroep, ingesteld door de directie der Ned. Spoorwegen, tegen de beschikking van Gedeputeerde Staten van Friesland van 18 Mei 1927, no. 185, iste afd. B, waarbij aan P. en J. Jager, te St. Johannesga, tot I Januari 1933, behouciens tusschentijdsche intrekking, vergunning is verleend tot het in werking brengen van een autobusdienst tusschen St. Johannesga en Leeu-W’arden (alleen des Vrijdags) ;

6". het beroep, ingesteld door de Alg. 'i'ransportonderneming, te Utrecht, tegen de beschikkng van Gedeputeerde Staten van Friesland van 7 Juli 1927, no. 92, iste afd. B, waarbij haar tot i Januari 1933, behoudens tusschentijdsche intrekking, vergunning is verleend tot het in werking brengen, voor zoover (Ie provincie Friesland aangaat, van een autobusdienst tusschen Drachten en Wenhuizen ;

7". het beroep, ingesteld door de directie der Ned. Spoorwegen, tegen de beschikking van Gedeputeerde Staten van Friesland van 8 Juni 1927, no. 93, iste afd. B, waarbij aan Y. Fokkinga en A. Zijlstra, te Surhuisterveen, tot i Januari 1933, behoudens tusschentijdsche intrekking, vergunning is verleend tot het in werking brengen van een autobusdienst tusschen Surhuisterveen en Leeuwarden;

8". het beroep, ingesteld door de directie der Ned. Spoorwegen, tegen de beschikking van Gedeputeerde Staten van Friesland van 18 Mei 1927, no. 172, iste afd. B, waarbij aan M. van der Kooi, te Tzum, tot i Januari 1933, behoudens tusschentijdsche intrekking, vergunning is verleend tot het in werking brengen van een autobusdienst tusschen Franeker en Leeuwarden;

9“. het beroep, ingesteld door de directie der Ned. Spoorwegen, tegen de beschikking van Gedeputeerde Staten van Friesland van 18 Mei 1927, no. 191, iste afd. B, waarbij aan Y. Kalsbeek, te I'ijnje, en H. Dragstra, te Terwispel, tot i Januari 1933, behoudens tusschentijdsche intrekking, vergunning is verleend tot het in werking brengen van een autobusdienst tusschen Gorredijk en Leeuwarden (des Maandags, Woensdags en Vrijdags),

om – zoo zij dit noodig achten – hunne memoriën en bewijsstukken in te zemlen aan den Raad van State te ’s-Gravenhage vóór 3 December 1927.

1 ot dien dag liggen de stukken ter inzage ter secretarie van den Raad van State.

Verschillende Mededeelingen.

N. V. Gemengd BedrijfHaagscheTra mweg Mij. Gedeputeerde Staten van Zuid-Flolland hebben aan de N. V. Gemengd Bedrijf Haagsche Tramweg Mij. vergunning verleend voor den aanleg en de instandhouding van een electrischen spoorweg, als deel van den spoorweg van ’s-Gravenhage over Wassenaar na.ar Leiden, van de Jozef Tsraëlslaan tot de Koningsbrug onder deze gemeente. (Alg. Hblcl.)

De spoorweg Doven te r—O mme n. De Ned. Spoorwegen hebben een aanvang gemaakt met het veranderen van het station Diepenveen-Oost aan de lijn Deventer-—Ommen in een stopplaats. Daartoe is het dubbel-spoor weggebroken en zijn de perrons verwijderd, terwijl het vrijkomend materiaal door de aanemers wordt verkocht. De treinen kunnen nu te Diepenveen-Oost niet meer kruisen.

Toevallig is blijkens het Voorloopig Wrslag der Tweede Kamer over de Waterstaatsbegrooting juist dezer dagen in de afdeelingen geklaagd, dat de Ned. Spoorwegen de exploitatie der lijn Deventer—Ommen verwaarloozen. (De Tijd)

Staat contra Noord-Friesche Locaal Spoorweg Mij.. Het cassati e-b eroep verworpen. – De Hooge Raad heeft uitspraak gedaan in de zaak tusschen den Staat, eischer in cassatie en de N.V. Noord Friesche Locaalspoorweg Mij., gevestigd te Utrecht, als verweerster.

Op 30 Juli 1914 heeft de Staat het gebruik der spoorwegen opgevorderd en met verschillende spoorwegmaatschappijen een regeling getroffen voor de schadeloosstelling, o.m. met de H. IJ. S. M., die ook de spoorlijn van de Noord-Friesche in exploitatie had. De Noord-Friesche Spoorweg Mij. stelde echter, dat zij als eigenares door de ingebruikneming van haar lijn schade had geleden, welke haar niet werd vergoed door de H.IJ.S.M., omdat de exploitatie-overeenkomst hierin niet voorzag. Zij dagvaarde den Staat, waarna de rechtbank en het Hof de ingestelde vordering tot schadevergoeding toewezen.

De Hooge Ra.ad heeft het tegen deze beslissing ingestelde cassatieberoep verworpen. (Tel.)