onder de huursoldaten waren er — het beroemde regiment CarignanSalières diende in Canada — die, als hun diensttijd was afgelopen, zich blijvend in Canada vestigden, aangemoedigd door gunstige voorwaarden. Tijdens het verblijf (1749) van den bekenden Zweed Pieter Kalm kon iedere afgemonsterde soldaat een stuk land krijgen van 40 arpents (morgen). Ontgon hij woest land, dan kreeg hij gedurende drie of vier jaar ondersteuning voor zich en zijn gezin, verder werktuigen en een koe 7). In het tekort aan vrouwen trachtte men door de overzending van huwbare dochters — filles du Roi — te voorzien. Zowel wat de mannen als wat de vrouwen betreft werd eerst door Richelieu, later door Colbert met medewerking van de Kerk een selectie toegepast. Wij zagen reeds dat alleen Roomsen werden toegelaten, maar bovendien uitsluitend Fransen. In tegenstelling met Engeland dat — gelijk de bekende geograaf Hakluyt reeds had bepleit — bij voorkeur zijn misdadigers naar de koloniën zond, huldigden de franse bestuurders veelal de denkbeelden van Baco van Verulam, die van dwangarbeiders als kolonisten weinig succes verwachtte. De F ranse kolonisten vormden dan ook over het algemeen een beschaafder element dan de Britse en deden een tegenstelling ontstaan tussen Franse en Britse Amerikanen, welke de gehele 19de eeuw door, en zelfs nog tegenwoordig, wordt gevoeld. Merkte Pieter Kalm reeds in de 18de eeuw op, dat de Fransen veel beschaafder en godsdienstiger waren —■ zelfs op de j-achten en onder de militairen werd gebeden 8) —, moord en doodslag drongen in het Noorden en Westen door —- the Northwester Spirit —- met de komst der Britten 9). Ook thans nog herinneren Frans-Canadese politici op hun hoogtijdagen gaarne aan het feit, dat zij, de Frans-Canadezen, afstammen van de lagere adel en van de boeren in Frankrijk en niet van convicts en avonturiers, zoals met bewoners van Australië, de Verenigde Staten en het overige Canada soms het geval is 10). Trouwens een Amerikaanse waarnemer, Hughes, erkent het, dat de Frans-Canadezen in het algemeen een ordelijk en vredelievend volkje vormen "). En wat meer in het bijzonder de vrouwen betreft, merkte Kalm op zijn reizen in Canada op: „De vrouwen waren hier zeer wel gemaakt, zij waren wel opgebracht en betoonden ene grote onschuldige vrijheid. In de huishouding overtroffen zij verre de Engelse vrouwen", die 't werk den man lieten doen en zelf de dag in ledigheid doorbrachten 12). Opmerkingen, waarmee treffend overeenstemmen de waarnemingen van Hughes in onze tijd. Ten opzichte der meer gegoede Britse dames zegt deze dat zij overdag hun tijd doorbrengen met het golf-

7) Kalm, Pieter, Reis door Noord-Amerika [Utrecht 1772] Tweede deel pag. 85.

8) Kalm, P„ t.a.p. 7, pag. 81 e.v., 98.

9) Giraud, M., t.a.p. 3, pag. 244, 301.

10) Hughes, Evereth C., French Canada in Transition [London 1046I pag. 152.

11) Hughes, E., z.b., pag. 216.

12) Kalm, P., z.b., pag. 100.

K. N. A. G., LXlV 6