LITERATUUR

W' esthoff, Victor. The Vegetation of Dunes and Salt Marshes on the Outch Islands of Terschelling, Vlieland and Texel. Dissertatie Utrecht, 1947. C. J. v. d. Horst, 's Gravenhage. 131 pag..

Dit in de Engelse taal geschreven uittreksel van een groter in het Nederlands bewerkte studie, welke te zijner tijd zal worden uitgegeven en de thans nog niet gedrukte tabellen, foto's, kaarten en ander bewijsmateriaal zal bevatten, is het resultaat van een onderzoek dat zich over de jaren 1937 tot 1946 uitstrekt.

Nog scherp ligt in ons geheugen hoe Dr. J. W. van Dieren in zijn ,Organogene Düncnbildung' (1934) de nieuwe plantensociologische wegen insloeg en daarbij verkondigde dat de mens in zijn onwetendheid zeer veel schade aan de duinen had toegebracht. Het uitgestrekte duinterrein van ons land was slechts ondanks de menselijke bemoeiing ontstaan, en Waterstaat verspilde wel grote geldsommen maar bracht het niet verder dan de ,dunus prismaticus', met welke ietwat laatdunkende naam de sinds eeuwen beroemde Nederlandse stuifdijken werden aangeduid. Duinbeheer is geen zaak van de waterbouwkunde, maar van de toegepaste biologie, sprak van Dieren.

Toch hadden die verguisde stuifdijken veel goeds opgeleverd; de gehele kop van Noordholland en de helft van Tessel was er door ontstaan, voorts waren de op doorbreken staande overige waddeneilanden er door vergroot en verstevigd. In verhouding tot de gewone dijken waren de stuifdijken zeer goedkoop, daar men de natuur het eigenlijke werk liet doen. Vooral in Duitsland werd onze methode nagevolgd, zij het tot in het uiterste ,gemassregelt'. Alle stuifdijken waren op normale wijze begroeid.

Thans wordt de scherpe aanval van van Dieren van biologische zijde in kalmere opbouwende banen geleid. Westhoff zegt nl „dat hij de controverse tussen Waterstaat en van Dieren bestudeerd heeft en dat een compromis zeer goed mogelijk is en in feite gewoonlijk wordt bereikt". J

Westhoff onderscheidt een ,Waddendistrict' en een ,Duinendistrict onderling gescheiden door de grenslijn bij Bergen, die reeds zolang de aandacht heeft getrokken van geologen en andere onderzoekers. Plantkundig blijkt deze grenslijn ook bijzonder scherp te

7sZe a n,\ Zmdt? ervan is het slik- z°wel als het kalkgehalte hoog (28-70 loo)> ten Noorden ervan is weinig kalk en slik (i,S-Q,6 o/nn).

ok het ïjzergehalte is in het Noorden veel geringer, vandaar de helder witte kleur van het zand der Waddeneilanden en het minder kleverig zijn der korrels. Deze duidelijke grenslijn is natuurlijk strijdig met de b,j waterbouwkundigen geldende opvatting dat een zandstroom van Zuid naar ]\oord langs onze kust gaat. Hoe nodig is het dat (leze zandstorm eens wordt onderzocht!

Het klimaat is aan onze kust belangrijk anders dan verder in het binnenland. De gemiddelde windsnelheid is er volgens schr. ongeveer twee malen groter (dus vier malen krachtiger) ; het aantal stormen is