aan, welke waard zijn in oorspronkelijken staat behouden te blijven.

Het uitblijven van een Rijkswet, die de algemeene normen bevat voor de natuurbescherming in den ruimsten zin, heeft tengevolge gehad, dat de provinciale overheid in Gelderland zelf een Verordening inzake Natuurbescherming vaststelde. Een desbetreffend ontwerp van Gedeputeerde Staten werd met een groote meerderheid door de Provinciale Staten aanvaard. In deze verordening wordt het bouwen op terreinen, welke om hun aesthetische of wetenschappelijke waarde door Gedeputeerde Staten als natuurmonument zijn aangewezen, verboden voor zoover de gebouwen niet voor agrarische doeleinden zijn bestemd. Deze verordening, reeds in de zomerzitting van de Provinciale Staten van 1937 aanvaard, wacht nog steeds op hoogere goedkeuring.

In verschillende provinciën bestaan verordeningen ter bescherming van het landschap tegen ontsierende reclame en tegen vervuiling van de oevers van fraaie plassen; een aantal gemeenten verbood het plukken van bepaalde planten. Over het algemeen is de wetgeving nog zeer onbevredigend, zooals den laatsten tijd weer duidelijk gebleken is in Zuid-Limburg, waar de St. Pietersberg en fraaie mergelwanden in het Geuldal niet tegen verdere aantasting konden worden beschermd. In een speciaal rapport heeft de Landschapscommissie van de Streekplan-commissie Zuid-Limburg uiteengezet, welke wettelijke voorzieningen er noodig zijn om de landschappelijke schoonheid in voldoende mate te kunnen beschermen *).

Van de talrijke particuliere organen, die de natuurbescherming bevorderen, noemen wij hier nog den Koninklijken Toeristenbond A. N. W. B., den Bond Heemschut, het Instituut voor Volkshuisvesting en Stedebouw, nationale organisaties voor vreemdelingenverkeer en wetenschappelijke lichamen. Bekendheid verwierven de monumentendagen, uitgaande van een Commissie, uit vertegenwoordigers van verschillende organisaties samengesteld. De Contact-Commissie inzake Natuurbescherming, waarbij tal van wetenschappelijke, toeristische en andere organen zijn aangesloten, — een 35-tal! — heeft veel nuttig werk verricht door de belangen der natuurbescherming te verdedigen bij de uitvoering van cultuurtechnische werken in werkverschaffing.

Ten slotte dient gewezen te worden op het belangrijke aandeel, dat Nederland heeft in de internationale natuurbescherming. Hier te lande bestaat de Nederlandsche Commissie voor Internationale Natuurbescherming, waarvan mr. P. G. van Tienhoven, voorzitter van de Vereeniging tot Behoud van Natuurmonumenten, tevens de leider is. In een groot aantal landen bestaan dergelijke Commissies, die haar centrale punt bezitten in het te Brussel gevestigde Office International pour la Protection de la Nature. Het zou ons te ver voeren mede te deelen wat er door dit Bureau en de nationale commissies is tot stand gebracht, wat er in andere landen, en in het bijzonder in tro-

1) Uitgave van den Limburgschen Streekplannendienst, 1937.