de Waterlandsche gemeenten van Gend, Antwerpen, Amsterdam, Botterdam, Purmerend, Zaandam, Jisp, Schermer horn, Graft, de Rijp, Westzaan en Wormer. De gemeente van Alkmaar was niet tot deze bijeenkomst genoodigd, omdat zij nog niet was toegetreden tot het verdrag, waardoor de Ries een groot deel der Waterlandsche gemeenten naauwer met elkander verbonden had *). In deze vergadering, die van den 41,en tot den 7den Maart aanhield, werden vele gewigtige zaken behandeld. Er werden eenige maatregelen genomen omtrent de bediening der gemeenten, die geen voorgangers hadden. In sommige daarvan werden diakenen tot leeraars aangesteld, terwijl men tevens verordende, dat daar, waar geen bekwame dienaren konden gevonden worden, in de ure der godsdienstoefening een gedeelte uit de Heilige Schrift zou worden voorgelezen. Voorts werd op eene vraag vau die van Rotterdam, of een broeder 't // officie van Vroedschap" wel zou mogen bedienen, door de vergadering // ja" geantwoord, // mids hy zig onthielde //van tot bloedstortinge te raaden." Eindelijk werd nog aan de Ries opgedragen om //met beradinghe van S(imon) //M(ichielsz.) ende J(acob) J(ansz.) S(chedemaker) te be// schryven die Bekentenisse des gheloofs, ende die voorts,

*) „ De vereeninghc ghemaekt tusschen Hans de R. ende ons" (Acla of Handelinghe der Kercke.n, begost op den 4. Martio A". 1581 etc., bij Blaupot ten Cate, G. d. D. in Holland enz. I p. 35 vermeld) is waarschijnlijk het boven vermelde verdrag van Embden, van 1579. Wel is 't vreemd, dat wij dan de gemeente van Embden op deze vergadering niet vertegenwoordigd vinden; maar van eene andere vereeniging, tus6chen de jaren 1579 en 1581 gesloten, is ons niets bekend. De onvolledigheid onzer hulpbronnen maakt het evenwel ook hier moeijelijk om iets met zekerheid te zeggen.