vermindert — dus ongeveer in haar tegenwoordigen middenloop — hebben overstroomingen plaats. Waar de rivieren de steile insnijdingen in het heuvelland verlaten en geleidelijk in de alluviale kuststrook komen, treden zij bij hoogen waterstand geregeld buiten haar oevers en vormen daar inundatiegebieden of payahs, die zich dikwijls tot de grenzen der mangrove uitstrekken en hun water loozen in de laagste gedeelten van de benedenloopen der rivieren. Een levendige schildering van zulk een bandjirende rivier, waardoor landstreken van groote uitgestrektheid weken lang onder water worden gezet, geeft Dr. Mohnike bij de beschrijving van een vaccineinspectietocht in de landstreek bij Moearaenim in Palembang, een tocht die niet anders dan per prauw kon worden gemaakt wegens een overstrooming van de Enimrivier. Zelf heb ik in het stroomgebied van de Kamparkiri en in Inderagiri overstroomingen diep in het binnenland (Moearalemboe aan de Singingi, bij Taloek aan de Koeantanrivier) meegemaakt, waarbij aangelegen landstreken tot manshoogte langen tijd geïnundeerd waren. Wanneer men nu rekening houdt met de becijfering van Dr. Mohr, die ons een quantum van ioooo wagonladingen slik aangeeft per bandjir, dan kan men zich eenigszins een voorstelling maken van de dikte der alluviumlaag tengevolge van deze sedimentatie in het aantal eeuwen waarover de geschiedenis van ZuidSumatra loopt.

Vulkanische activiteit. Opvulling van valleien door efflata. Als versterkende factor bij de alluviale ophooging aan de oostkust van Zuid-Sumatra moet de vulkanische activiteit van den Boekit Barisan worden beschouwd, die in dit deel van Sumatra niet minder dan dertig vulkanen draagt11). Het materiaal der geweldige erupties waarvan in de oude geschiedenis melding wordt gemaakt, is voor een deel door de rivieren naar lagere streken getransporteerd en heeft tot de opvulling van valleien en vlakten bijgedragen.

Reeds uit de oudste berichten over onzen Archipel zijn ons vulkanen bekend, waarvan de meeste in Zuid-Sumatra gelocaliseerd moeten worden.

In de Ille eeuw onzer jaartelling wordt in Chineesche berichten 12) een hevige vulkaan-eruptie gesignaleerd in het rijk Sseu-tiao = Yetiao = Yavadvïpa = Zuid-Sumatra. Nog een ander oud Chineesch bericht doet mededeeling van een erupteerenden vulkaan die volgens Ferrand 13) in Zuid-Sumatra moet worden gezocht. Van vulkanen en een vulkaan-eiland in Zuid-Sumatra wordt ook door de Arabische schrijvers melding gemaakt. De oudste dezer auteurs Ibn Chordadzbeh (844—848), Sulayman (851), Ibn al-Fakih (902), Mas'üdï (955)1 Ibrahïm bin Wasif Sah (1000) en ook de latere Edrisï (1154)»

n) Zie de Oro-hydrografische schetskaart van Sumatra, samengesteld bij het Encyclopaedisch Bureau te Batavia (1916).

12) Ferrand, Journal Asiatique, 11 : 8, 1916, pag. S21-

13) ld., 11 : 13, 1919, pag- 289.