alle vredesaanbiedingen van de hand wees, werden den l'le° Augustus Geruit Willems Seïi-emaker en Maarten Fransz. Bronkhorst en den 5den October Gerrit Tymons Lely en Lucas Teunisz. Hoedekraher tot leeraren benoemd De bevestiging der beide eersten volgde spoedig; die van den vierden had den Januari, die van den derden eerst den 12d™ April 1689 plaats.

Intusschen, eer die 12de April aanbrak, was er veel gebeurd, dat de bestaande verwijdering had doen toenemen. Met sluw overleg had Twisck in November 1688 een achttal zijner vrienden tot het inleveren van een klaagschrift bij het stedelijk bestuur overgehaald, waarin zij de bevestiging van Skyi.emaker voor onwettig verklaarden, omdat een beschuldiging van leugentaal (natuurlijk door een der aanhangers van Twisck tegen hem ingebracht) niet vooraf naar eisch zou onderzocht zijn. Indien nu al niet (zoo berekende Twisck) dit klaagschrift de gehoopte uitwerking had, dat de overheid zich zijne zaak aantrok, dan toch zou het in de gemeente zelve, zoodra het bekend werd, zulk een opspraak verwekken, dat daaruit overvloedige stof kon gevonden worden voor de bewering: 't is een veel te onrustige tijd, om aan de benoeming van leeraren te denken! 't Eerste, de gehoopte ondersteuning der overheid, faalde, daar deze terstond het ongelijk van Twisck inzag; maar het laatste, de in de gemeente heerschende spanning, werd (nevens 't verwaarloozen van de straffen op den buitentrouw) van nu af het