IETS OVER DEN TEGENWOORDIGEN STAND YAN ZAKEN TE DORDRECHT.

In het vertrouwen dat velen onder ons belangstellen in het lot der Doopsgezinde gemeente te Dordrecht, eu voor nadere bijzonderheden verwijzende naar het voortreffelijke stuk, voorkomende in den jaargang van 1862, van dit tijdschrift, deel ik met een enkel woord mede hoe thans de zaken staan. De gemeente van Rotterdam is blijven voortgaan zich de belangen der Dordtsche broeders aan te trekken: meer dan eens werd zij door den tegenwoordigen leeraar eu onderscheidene kerkeraadsleden bezocht, terwijl ook het Societeitsbestuur subsidie toestond en particulieren aldaar haar steunden door belangrijke bijdragen. Elke poging tot schikking mislukte. Een proces werd verloren, daar onderscheidene regtbanken wèl uitspraak deden dat Karsdokp alleen beheerder , geen eigenaar was van de kerkelijke goederen, en eene gemeente niet werd gerekend te hebben opgehouden te bestaan, zelfs al was er op een gegeven oogenblik geen lid meer aanwezig, maar dat de Doopsgezinden te Dordt niet bewezen hadden tot dezelfde gemeente te