uit een ander document blijkt, dat hetzelfde gold voor de Akerslooter Woude — eene kade aan te leggen en daarin een houten sluisje te bouwen11). Dit was dus een vooruitloopen op eene latere bepoldering, anders zou zulk een kade geenen zin hebben gehad.

De klachten over overlast van water vermeerderden na de bedijking van de Starnmeer eerder dan dat zij verminderden. En geen wonder, want al was de oppervlakte van dit meer niet meer dan ongeveer 650 morgen, met de droogmaking daarvan was de oppervlakte van den Schermerboezem toch weer iets kleiner geworden en moest er opnieuw meer water op den verkleinden boezem worden uitgeslagen. De beteekenis van het Starnmeer was in verband met de uitwatering zelfs zoo belangrijk geweest, dat het Hoogheemraadschap van de Uitwaterende Sluizen aan de Staten van Holland den raad had gegeven, aan De'Rijp het gevraagde octrooi tot droogmaking niet te verleenen of althans het verzoek voor zes of zeven jaar in bedenktijd te houden 12). Ten slotte is het dan ook tot de bepoldering van de Uitgeester Woude ten Westen van de Markervaart gekomen. Mr. G. de Vries vermeldt, dat schepenen en regeerders van Uitgeest in overleg met Uitwaterende Sluizen zich tot de Staten van Holland wendden met een plan van bepoldering waarop in 1650 octrooi werd verleend, welk octrooi door de Resolutie der Staten van 1651 nog eene grootere uitbreiding verkreeg13). Zoo ontstond in 1651 de polder het Woud.

Hier zij voor de volledigheid nog aan toegevoegd 14), dat Mr. de Vries niet bericht wanneer octrooi verleend is voor de bepoldering van de Akerslooter Woude ten Westen van de Wijde Vaart. Dat moet echter in denzelfden tijd gebeurd zijn. Zoo ontstond ook nog de Westwouderpolder. Dan lag nog in den ban van Akersloot een klein eiland de Heesem of Koog tusschen de Akerslooter Woude en het Schermereiland. Schout en Schepenen van Akersloot, zich noemende „dijkgraaf en heemraden over de polders van de oude landen" gaven aan de voornaamste Ingelanden in 1647 machtiging om over te gaan tot bepoldering! Zoo ontstond in dat jaar de Kogerpolder.

11) Copie N° 3, Archief Marker- en Oostwouderpolder.

12) Bundel Hoogheemraadschap U.S. — Starnmeer, Archief Hoogheemraadschap U.S., Edam.

13) Vries Azn., G. de, Dijks- en Molenbestuur, pag. 530.

14) Vries Azn, G de, Dijks- en Molenbestuur, pag. 540.