HEEFT PEARY DE NOORDPOOL BEREIKT?

DOOR

R. BOK

(met 2 figuren)

Onder bovenstaand opschrift verscheen in dit Tijdschrift, jaargang 1921, pag. 585 e.v. een verhandeling, waarin Prof. Dr. A. A. Nijland aantoonde, dat de gegevens, welke Peary bekend maakte in zijn boek .»De Noordpool ontdekt", niet voldoende waren om te bewijzen, dat hij inderdaad op zeer weinig na de Noordpool had bereikt. Nu heeft evenwel W. H. Hobbs in 1936 een biografie van Peary gepubliceerd (Peary, New York 1936), die in de „Appendices" het volledige waarnemingsmateriaal van Peary bevat, zoodat er reden is de vraag of Peary al dan niet zeer nabij de Noordpool is geweest, nog eens nader in beschouwing te nemen met gebruikmaking van 'deze volledige gegevens.

Prof. Nijland paste bij zijn betoog de positiecirkels van Sumner toe en aangezien onderstaande beschouwing ook op deze positiecirkels is gebaseerd, komt het gewenscht voor eerst even toe te lichten hoe deze cirkels dienst kunnen doen voor de plaatsbepaling van een punt op het aardoppervlak.

Stel nl. dat op den waren zonnetijd t te Greenwich het zonsmiddelpunt i) culmineert voor de punten van den meridiaan N M Z

(fig. ia) van het aardoppervlak en dat in het punt M daarvan dit

1) De hier volgende redeneering gaat met een kleine wijziging wat betreft de berekening van de geografische lengte van den culminatie-meridiaan ook op voor andere hemellichamen dan de zon..