dekking door Cook op 300000 zielen geschat. Er wordt aangenomen dat reeds vijftig jaar na het eerste contact met de Europeanen dit aantal tot op de helft was gedaald. In 1853 werden er nog slechts 71 019 Polynesiërs (kleurlingen inbegrepen) op de Hawaii Eilanden gelfeld.

Bij het invoeren van den ondernemerslandbouw (suiker!) omstreeks 1850 zag men zich dan ook gedwongen om arbeiders van buiten te importeeren. De Royal Hawaiian Agricultural Society liet in 1852 de eerste Chineesche koelies als contractarbeiders uit Kanton overkomen. Ondanks deze immigratie van Chineesche arbeiders, die tot 1875 in totaal ongeveer 2600 zielen bedroeg, bleef de bevolking der eilanden gestadig afnemen en in het laatstgenoemde jaar werden er nog slechts 56 897 inwoners op de eilanden geteld.

De uitbreiding van den suikeraanplant, die in sterke mate omstreeks 1875 plaats vond, maakte echter het overbrengen van duizenden Chineezen uit Zuid-China noodzakelijk, loen in 1899 de Chinese Exclusion Law in werking trad was het aantal Chineezen op de Hawaii Eilanden tot 46000 gestegen. Genoodzaakt door het vrijwillige terugkeeren van bijna de helft der aangeworven Chineesche arbeiders naar het moederland, alsmede door de bepalingen van bovengenoemde wet, was men gedwongen naar andere arbeiders uit te zien. Na onbevredigende proefnemingen met Polynesiërs van andere Zuidzee eilanden wendde men zich tot Europa, waar Portugal in totaal 17 500 arbeiders afstond. Ook van deze laatste groep van arbeidskrachten keerde echter een groot deel naar het moederland terug. Na langdurige onderhandelingen met de Japansche regeering, die eerst slaagden toen de regeering van Hawaii zeer gunstige arbeidsvoorwaarden toestond, begon de Japansche immigratie. Reeds in 1900 waren er van de 35 000 plantagearbeiders op de Hawaii Eilanden 25000 Japanners, d.w.z. 71 %. Tusschen 1900 en 1907 bedroeg het aantal Japansche immigranten 76116, die zich behalve als plantagearbeiders, ten gevolge van de economische ontwikkeling van het land, in verschillende andere beroepen deden gelden. Voor vele immigranten beteekenden de Hawaii Eilanden slechts een tusschenstation op de doorreis naar Californië.

De steeds toenemende stroom van Japanners deed zooals bekend een antii-Japansche beweging ontstaan, welke tot gevolg heeft gehad dat na een acoord tusschen de regeeringen van de Vereenigde Staten van Amerika en Japan in 1907 de toevloed van Japanners ophield. In 1908 waren er 42 242 Japansche arbeiders op de plantages werkzaam.

Andermaal deed zich een tekort aan plantagearbeiders gevoelen, dit te meer daar na 1900 naast de bloeiende suikercultuur de verbouw van ananas zich begon te ontwikkelen. Dezen keer waren het de Filippino's die de landbouwondernemingen uit de impasse hielpen. Vooral na de groote staking van de Japansche plantagearbeiders in 1920 werd het tempo waarin de Filippino's werden aangeworven, met het doel om het aantal Japansche arbeiders te beperken, aan-