speciale gebied uit den booze zijn als men het als landschapsreservaat wil sparen. Wanneer zulke wegen er toch komen, zullen zij misschien — met de loffelijke bedoeling om het landschap te ontzien —■ zóó getraceerd worden dat zij alleen van de randen van het gebied iets afsnijden. Een voorbeeld van dergelijk afknabbelen — zooals ik het zou willen noemen —• vindt men langs de zuidgrens van dit gebied, Waar het gedeelte Maassluis—Schiedam van den nieuwen autoweg Hoek-van-Holland—Rotterdam (rijksweg 110. 20) weer een kleine strook van dit prachtige polderland heeft afgesneden. Men zegt dan meestal dat dit nu de laatste amputatie is. Moge deze weg nu echter 'ook wérkelijk de grens vormen voor de invasie van verdere bedrijvigheid in deze polders! Ten Z van den weg is nog ruimte te over Voor de uitbreiding der industrie van de steden Schiedam, Vlaardingen en Maassluis. Langs den oostrand van het poldermonument komt als gezegd ook weder een nieuwe weg, als verbinding van Schiedam met het westelijk deel van Den Haag. Het tracé is gelukkig —• zonder twijfel wijl men het bovenbeschreven landschap wilde sparen — zoo gekozen, dat het ongeveer den weg Ketel-Abtswoude volgt. Intusschen is het zeer wel mogelijk — in 1933 werd er reeds over gedacht —• dat in latere jaren toch nog weer een nieuwe weg verder westelijk, van Schipluiden naar Vlaardingen, wordt aangelegd als er geen bindend streekplan komt. Men zal dan wéér te hoor,en krijgen dat dit wel de laatste weg zal zijn waardoor het genoemde landschap geschonden wordt! Ook kanaalaanleg is in dit gebied uit den booze te noemen.

Het eenige wat men als nieuwigheid in ons polderlandschapsmonument van Midden-Delfland zou mogen verwelkomen, zijn enkele fietspaden en recreatie-zmterwegen. Men hoede zich er voor bij nieuwe paden het tracé kaarsrecht uit te zetten. Hier neme men liever den Buitenveldertschen wandelweg in het polderland ten W van de Amstel bezuiden Amsterdam tot voorbeeld, waarvan bijgaande foto 8 een goeden indruk geeft. Dergelijke paden zullen wegens de aantrekkelijkheid van het landschap als echte recreatie-fietspaden worden aangevoeld en zeer gezocht zijn. Wandelpaden zijn er reeds vele, doch met behulp van enkele bruggetjes zouden zij zeer kunnen worden verbeterd. Uitzetting van een A.N.W.B.-wandelweg zou daarmede hand in hand kunnen gaan. Er zijn in deze streek zeer mooie polderkaden, waarvan die in het dorp Maasland, ten O van de als Zuid-Gaag betitelde vaart, wel het fraaiste voorbeeld vormt. De beplanting met knotwilgen is zeer bijzonder. Op verscheidene der kaden, die nog in deze streek bestaan, waaronder enkele mooi begroeide ( I anthoffskade, Rijskade, Kralingerkade, Zuidkade en Zijdwindschekade, de laatste twee resp. ten ZO en ten NW van Schipluiden), is voor recreatiefietspaden af en toe wel plaats te vinden en anders ware deze te maken.

Amsterdam, dat in het tusschen deze stad en Marken gelegen Waterland een polderlandschap-reservaat bezit van analoog karakter, dus nog geheel zonder fietspaden, wil dit gebied slechts met groote