waardoor Genève, dat in inwonertal gelijk bleef, kon worden overvleugeld.

De bevolking van de Zwitsersche kantons op i December 1941

aaDtal inwoners , cc- » 1 •

Kantons afneming aantal invv.

1941 1930 t.o.v. I930in°/o per km2

Zürich 670845 617706 8,6 388,0

Bern 725761 688774 5,4 105,4

Luzern 206442 189391 9,0 138,3

Uri 27359 22968 19,1 25,5

Schwyz 66 695 62 337 7,0 73,5

Obwalden .... 20150 19 401 3,9 40,9

Nidwalden .... 17346 15055 15,2 63,1

Glarus 34 747 35 653 —2,5 50,8

ZuS 36 744 34 395 6,8 153,0

Fribourg 151664 143 230 5,9 90,8

Solothurn I54&54 144198 7,4 195,7

Stad Bazel .... 169223 155030 9,2 4 573,6

Bazelland 94400 92541 2,0 221,1

Schaffhausen . . . 53648 51187 4,8 180,0

Appenzell A. Rh. . 44710 48977 —8,7 184,2

Appenzell I. Rh. . . 13399 ,3 9g8 _4,2 77)6

St. Gallen .... 285 503 286 362 —0,3 141,8

Graubünden . . . . 127821 126340 1,2 18,0

Aarsau 269 873 259 644 3,9 192,3

Thurgau 137 705 136063 1,2 136,9

Tessin0 164413 159223 3,3 58,4

Vaud 342058 331 853 3,1 106,6

Valais 148 589 136 394 8,9 28,4

Neuchatel H7 97I 124324 —5,1 147,5

Genève 174624 171366 1,9 619,0

Totaal . . . . | 4256544 4066400 4,7 103,1

In zes van de eenendertig gemeenten met meer dan 10 ooo inwoners daalde de bevolking sedert 1930. Dit geschiedde in La Chaux de Fonds (12,2 %), Herisau (6,3 %), Le Locle (5,3 %), Rorschach (3.9 %). Vevey (3,2 %) en St. Gallen (2,5 %). Van de ongeveer 295° gemeenten met minder dan 10000 inwoners lieten er ruim 1300 een achteruitgang der bevolking zien. Dit laatste verschijnsel, gecombineerd met het feit dat twee derden van den totalen groei van de Zwitsersche bevolking in de periode 1930-1941 ten goede is gekomen aan de steden met meer dan 10 000 inwoners, die slechts een gering geboorte-overschot vertoonen, wijst op een wegtrekken der plattelandsbevolking.

(Wirtschaft und Statistik, 1942, No. 7)