vertoonden het naga-motief: zoo vonden wij een duidelijke naga, die zich tegen den zijwand van het deksel kronkelt, op een andere plaats twee kleine, afgebeeld in tegengesteld cirkelvormige beweging.

Dit soort kisten vindt men ook in een grot te Sangala (in de Poeanglanden), waar er ook zouden zijn met het naga-motief. Ze zijn ook daar als definitieve rustplaats gebruikt, voordat de liangs er waren. In deze streek worden ze kajoe matte genoemd, in andere streken noemt men ze patana, en in Doeri mandoe.

Dat de slangenmotieven niet op de huizen voorkomen, verklaart men door de vijandschap, die er is tusschen menschen en slangen. Dit vindt zijn oorsprong in het feit, dat, toen er op aarde nog niemand gestorven was, een der kleinkinderen van Pong moela taoe (de eerste mensch) stierf ten gevolge van een slangebeet. Daarna zwoer men zich van alle vriendschap met slangen ten éénen male te onthouden; ziet men er een, dan moet men trachten haar te dooden en zeker te verjagen. Zoo verklaart men heden, dat er op de huizen geen slangen gesneden mogen worden, maar wel op de rijstschuren, waarin geen

menschen wonen.

Op een andere plaats bij Randanan, even ten zuiden van Makale, bevond zich een zeer groot aantal van deze kajoe matte, die voor het meerendeel sterk vergaan waren (foto 9). De beenderen, die overal in het rond lagen, hadden weer de gewone afmetingen, alleen de tanden waren ook hier niet gevijld. De kisten waren geplaatst in een abri sous roche, maar deze was veel grooter en grilliger van vorm dan de voorgaande ; in een spleet, hooger in den wand, stond ook een kist, in een kleine grot er naast lagen, waarschijnlijk als laatste overblijfselen, eenige schedels. Verderop langs den rotswand was er nog een plaats, waar in een nauwe spleet een kist stond, echter zóó hoog van den grond, dat men zich afvraagt hoe het mogelijk is geweest, deze hierin te krijgen. Al deze kisten hadden, voor zoover dat nog beoordeeld kon

worden, den prauwvorm. . .

De tot nu toe beschreven kisten waren alle geplaatst in een abri sous roche of een spleet, maar er is nog een geheel andere wijze van neerzetten namelijk op een richel tegen de rots.

Een zeer mooi voorbeeld daarvan vindt men op den weg naar Pasoei in het Doerische land, waar een zeer lange loodrechte rots uit de rivier oprijst, die over haar geheele lengte hoog boven het water een horizontale richel vertoont, waarop een oneindig aantal kisten staan, alle prauwvormig (foto 10). Aan den linker kant staan deze zoo maar op de richel, maar onder de kisten, die aan den rechter kant van de rots staan, heeft men steenen gelegd in een keungen rechthoek (foto 11). Op een enkele plaats is daardoor de richel recht gemaakt, maar op andere plaatsen lijkt dit geheel overbodig. Hier staan de prauwvormige kisten op rechthoeken van keurig opeen gestapelde steenen, die iemand onmiddellijk doen denken aan dezelfde rechthoeken van steenen, die men in Midden-Timor maakt op de plaats waar men een doode heeft begraven. Men vraagt zich af of deze kisten op steenen ook verband houden met de kist, die men nu in sommige plaatsen in de steenen bergt.