DE AGRO PONTINO, EEN GROOT WERK

DOOR

DR. W. R. HEERE (met 3 kaartjes)

Het „Klassische Land , volgens Waetzold, trekt den reiziger door de groote verscheidenheid, die het den zoekenden geest biedt. Wie Rome bezoekt, komt allicht aan zijn rekening. Hij heeft immers de keuze tusschen het Rome der Oudheid, der Renaissance, van de Barok of van den Jongsten Tijd. Wellicht kan hij zelfs de sfeer ondergaan van het Eeuwige Rome, als hij, na'in het Colosseum gepeinsd te hebben, de Via dell' Impero overziet en een klasse schooljongens aanschouwelijk onderwijs in de aardrijkskunde ziet ontvangen voor de groote marmeren wandkaarten, door het nieuwe regime tegen den muur aangebracht.

Giovinezza, giovinezza ... Jeugd, Jeugd,

Primavera di bellezza' Lente van schoonheid.

Nel fascismo è la salvezza Uit het fascisme komt de redding

Della nostra liberta ... van onze vrijheid

zingen ze en zijn er trotsch op de lente van het nieuwe Italië te vertegenwoordigen. Of misschien overvalt het hem als hij, den Tiber overgestoken, vertoeft in het andere centrum van Rome, de Vaticaansche Stad, om daarna, noordwaarts afslaande, rond te dwalen op het l<oro Mussolini: 85 hectaren die getuigen moeten van de kracht en het zelfvertrouwen van het nieuwe Italië.

Maar dezelfde tegenstelling — en eenheid — treffen hem, als hij het nieuwe station in Florence bestudeert, na eerst gezeten te hebben op de I iazza della Signoria, dan wel als hij een foto, zoo juist gekocht in het Museo Nazionale te Napels, gaat posten in het nieuwe postkantoor.

Dat zelfde gevoel zal hem ook bevangen, als hij langs de prachtige autostrada —- de oude Via Ostiense — naar de opgravingen in Ostia snelt, om te bewonderen wat het zand van den Tiber, eeuw na eeuw afgezet, bewaard heeft van deze groote Romeinsche haven, waar zeventig handelskantoren op de plaats der Gilden getuigen van den bloei der Romeinsche scheepvaart.

Maar daarna zal hij naar het Zuiden afslaan om het nieuwe Rome aan het werk te zien in de Agro Pontino.

Eens lag hier het bloeiende land der Volsciers met zijn 24 steden, de Ager Pometinus, met de welvarende hoofdstad Pometia, rijk door den handel en den landbouw van de vruchtbare omgeving. Rome vernietigde het in twee eeuwen strijd (500—328 v. Chr.).