granietrug, die mooi uitzicht gaf (zie foto no. 85). Ik ging — via het boschje op den top aan de westzijde kijken, waar de berg geheel

aal is en veel steiler afdaalt. In het NNW. hoorden wij uit de diepte het geluid van een soela opstijgen; de Litani-vallei, onmiddellijk benoorden den berg, schijnt zich te splitsen. Terugkeerend naar de oostzijde kon ik gedeeltelijk reeds meten en na half tien klaarde het geheel op tot zonnig weer.

In kamp terug, vond ik Van Straelen, die weer een verbinding met c e Litani had tot stand gebracht; de rivier was nog steeds bevaarbaar en ongeveer 30 meter breed. Voor vrachtroute deugde zijn steil afdalende kepi (van kappen) echter niet.

Twee man volgden de Surinaamsche kampkreek stroomaf, en constateerden, dat het dezelfde was als de kreek, die ik gedeeltelijk van kamp 20 uit in kaart bracht. Hoogte kamp 22 is 510 meter, het hooest gelegen kamp, dat ik tot nu toe betrok.

16 November Ik klim met twee man over den Prins van Oranje en daal naar NW. af; de helling wordt — evenals bij al deze bergen al dalende steiler en alleen door den plantengroei, die Wat houvast geeft, komen wij aan den voet van het graniet in het bosch terecht waar de helling dadelijk veel flauwer is. Om tien uur, na eindeloos dalen, kom ik. aan een zeer groote kreek, die met veel soela's afdaalt naar het Nis O. Ik herinner mij het geluid, dat wij eenige < agen geleden op den top hoorden! Dit moet een Litani-tak zijn maar waar blijven wij dan met onze waterscheiding? Een voorgevoel van naderend onheil zegt mij dat wij op een verkeerd spoor zijn.

an Straelen daalt af naar de Litani en vindt een oud kamp van den dokter en een kepi langs een grooten zijtak; volgens de arbeiders waren de koti s en het kamp ongeveer 14 dagen oud.

Het is practisch zeker dat mijn heden gevonden kreek dezelfde is als die zijtak.

18 November. De Prins van Oranje is een Surinaamsche berg; e grens loopt er niet over. Wij staarden ons blind op dien zoo kenbaren berg en verzuimden behoorlijk kreek-onderzoek. Hoe ver we erug zullen moeten gaan met de grens, valt nog niet te zeggen.

Na langdurig onderzoek en het in kaart brengen van veel kreken ontdekten wij, dat de lange oostrug van den Prins van Oranje wel degelijk waterscheiding was, een heel eind voor den top echter scherp omboog naar het Zuiden; de top en driekwart van den berg wateren af naar Suriname; slechts naar hét Zuidoosten stroomen Braziliaansche bronnetjes.

•f3 'VoveiT1ber. Van Straelen en ik gaan beiden op grens-onderzoek

ïomt ooVJegn T ^r0(?te Litani-kreek stroomop tot aan de bron en komt op den „Tweelingberg uit, vanwaar hij terugwerkt in mijn richting; om 11 uur ontmoeten wij elkaar op de waterscheiding- en West hT Van <Jen,Tweelingberg af rook te hebben gezien in het eaan wi'i m f ' °P dt' aanwezigheid van Rombouts! Allen

berptnn nm rl RS, ƒ meUWe' ruwwe£ g^pte grenslijn, naar dien 0m de rook te zien en om zelf rook te maken als contrasein