voor internationaal recht, in de zitting van 1880 te Oxford gehouden, gesanctioneerd, waarin deze conclusie werd aangenomen : „La femme acquiert par le mariage la nationalité de son mari" 1). Het rechtsgevolg van hun huwelijk bij hunne terugkomst in Ned. Indië openbaart zich in het recht om de geldigheid en kracht er van ook hier erkend te zien op grond van art. 18 der Algemeene Bepalingen van Wetgeving voor Nederlandsch-Indië. Edoch verder niet. De rechtstoestand van den man is bij zijne terugkomst in Indië in geen enkel opzicht verschillend van dien der andere i ngezetenen van zijnen landaard. Daarin wordt geene verandering gebracht door het feit dat hij een rechtsgeldig huwelijk aanging volgens de vormen voor die handeling geeischt in het land waar het voltrokken werd.

Ten dien opzichte staat Nederland tegenover Indië in dezelfde verhouding als elk ander land, en voor allen geldt de regel locus regit actum, terwijl ten dezen aanzien niet uit het oog moet verloren dat locus non regit condilionem juris neque statum alicujus sed actum tantum.

In deze kolonie teruggekeerd wordt de rechtstoestand, publieken privaatrechtelijk, in vollen omvang beheerscht door art. 109 Regeerings-Reglement; het tijdelijk en voor een deel onderworpen zijn geweest aan het private recht in Nederland van kracht doet voor den ingezetene van Ned.-Indië, bij zijne terugkomst aldaar, geene de minste verandering geboren worden in zijn rechtstoestand, evenmin als dit het geval zou zijn indien hij tijdelijk elders dan in Nederland ware verbleven. Die toepasselijkheid van privaatrecht van het land ook op de niet landzaten die er verblijven, is eene bepaling van internationaal recht, in alle moderne wetgevingen gehuldigd, maar heeft geene betrekking op de staatsrechtelijke positie van het individu, die altijd uitsluitend beheerscht blijft door en beoordeeld wordt naar de fundamenteele en organieke bepalingen van het land waartoe de persoon

1) Annnaire dc 1'Institut de droit international 1881/82 pag 57, Conclusie V.