den Advocaat-Generaal Mr. A. Dull, namens den ProcureurGeneraal, ter openbare terechtzitting van den 3den September 1891 genomen en schriftelijk overgelegde conclusie, daartoe strekkende, dat het Hoog-Gerechtshof den requirant van cassatie niet ontvankelijk zal verklaren met zijn beroep in cassatie en hem veroordeelen in de kosten in cassatie gevallen, en subsidiair, dat het Hoog-Gerechtshof, met ontvangst van het beroep in cassatie, het vonnis, waartegen cassatie, zal vernietigen en de zaak terugwijzen naar den rechter in appel, ten einde, met inachtneming van 's Hofs arrest, door dezen nader te worden berecht, met veroordeeling van den gerequireerde in de kosten van de cassatie;

Gezien de stukken;

O. dat namens den requirant bij memorie van eisch als middelen van cassatie zijn voorgesteld :

lo. Schending en verkeerde toepassing van artt 61, 48 en 358 B. R. en art. 98 alinea ultima en 457 Staatsblad 1880 no. 55, door het vonnis in eersten aanleg bekrachtigende, mits de eischer den bij het vonuis geformuleerde!) eed uitzweere en, bij weigering om dien uit te zweeren, dat vonnis vernietigende, een voorwaardelijk eindvonnis te vellen;

2o. Schending en verkeerde toepassing van art. 11 Alg. Bepalingen van wetgeving, art. 1 Overgangsbepalingen, Staatsblad 1856 no. 79 en Staatsblad 1832 no. 41, door te beslissen, dat die laatste ordonnantie niet toepasselijk is op partijen;

O. dat namens den gerequireerde bij memorie van antwoord die middelen zijn bestreden, maar eerst en vooraf is gemoveerd, dat requirant met het door hem ingesteld beroep in cassatie niet ontvankelijk moet worden verklaard en dit is komen te vervallen, wijl de beteekening der door hem gediende memorie van cassatie, welke volgens art. 415 al. 1. R. B. Bv. binnen den tijd van dertig dagen na haar nederlegging ter griffie van den Hove, mitsdien uiterlijk op den 15den April 1891 aan gerequireerde moest zijn beteekend, eerst op den 27sten April daaraanvolgend en dus te laat heeft plaats gehad, en genoemde termijn op straffe van verval van het beroep in cassatie moet