den inlander Hadjie Sarip bin Hadjie Taib, handelaar, wonende te Soerabajti, te verklaren in staat van faillissement te verkeeren op de ten requeste ddo. 20 Juli 1891 aangevoerde gronden, waarnaar kortheidshalve wordt gerefereerd ;

dat hij zich met deze afwijzende beschikking bezwaard gevoelende, tempore utili, ingevolge de bepalingen van art. 778 Kh. jo. art. 341 B. Kv., ter nadere voorziening tot Uwen Hove wendt in hooger beroep, ten einde de vernietiging te erlangen van 's raads beschikking en alsnog de faillietverklaring te provoceeren van voornoemden Hadjie Sarip bin Hadjie Taib en zulks op de navolgende gronden :

dat 's raads gevoelen is, dat de geconstateerde onderwerping aan de bepalingen der Europeesche burgerlijke en handelswetgeving door Hadjie Sarip bin Hadjie Taip gedaan, geene algemeene strekking hebbende, niet is eene onderwerping voor het geheel in futurum en dien ten gevolge zijne verklaring niet tot rechtsgevolg kan hebben, dat hij ook, afgescheiden van de schulden, waarbij hij zich wel aan de Europeesche wetgeving heeft onderworpen, aan het geheele handelsrecht zou zijn onderwerpen, allerminst dat de bepalingen omtrent faillissement op hem van toepassing zouden zijn;

dat de eerste rechter hierbij eene onderscheiding maakt, die niet op de wet gegrond is, als zoude eene vrijwillige onderwerping aan de Europeesche wettelijke bepalingen voor eene bepaalde seliuld geen algemeen rechtsgevolg hebben in de Europeesche burgerlijke wetgeving toegekend, maar daarentegen wel bijaldien de onderwerping in het algemeen zou zijn gedaan;

dat immers de wet niet toelaat eene algemeene onderwerping aan het voor de Europeanen vastgestelde burgerlijk en handelsrecht, maar alleen voor eene bepaalde handeling of aangegane verbintenis, hetzij bij dezelfde acte hetzij bij afzonderlijke acte, zoodat ging het sijsteem van den eersten rechter op, juist het geval, waarbij die rechter wel faillietverklaring zoude uitspreken, onbestaanbaar is, omdat eene algemeene onderwerping is uitgesloten, terwijl eene onderscheiding van het toekennen van verschillende rechtsgevolgen aan onderwerping aan de Eu