lant geleden verlies met de wettelijke renten daarvan a die litis motae, maar alleen die, welke aan de Regeering zelve toekwam d. i. die tot levering van rundvleesch tegen betaling van ƒ 0,19 per kilogram ;

3o. dat eischers geen recht hadden om het door hen in Augustus 1890 geleden verlies dadelijk (leze: in de tnaand September d.a.v.) op te vorderen, doch daarmede hadden behooren te wachten tot den atloop van het aannemingscontract (ultimo December 18901, omdat voor dien tijd ook gewonnen had kunnen worden en derhalve niet vaststond of er verlies was geleden ;

O.

ad \ wm , dat subjectieve cumulatie van acties, waarvan in casu sprake is, niet alleen nergens in de wet verboden is, doch integendeel de mogelijkheid van zoodanige cumulatie door haar zelve wordt, verondersteld, gelijk blijkt uit de artt. 4 en 99 alinea 5 Burgerlijke Rechtsvordering;

dat echter cumulatie van acties in het belang eener behoorlijk te voeren procedure slechts dan gerechtvaardigd wordt, wanneer tusschen die actiën een innerlijk verband bestaat, doordien ze uit dezelfde rechtsbetrekking ontstaan ;

dat dit nu onderwerpelijk het geval is, vermits de eischers, thans geïntimeerden, tegen den thans appellant hunne vordering tot betaling van zekere geldsom plus de wettelijke renten van dien liebben gebaseerd op een door hen als borgen van den thans appellant geleden verlies, ontstaan door het door hen nakomen der verbintenis van appellant jegens de Regeering, waarin appellant is te kort geschoten ;

dat derhalve deze weer is ongegrond ;

ad 2'"» , dat dit middel den appellant niet kan volgen, omdat de daarbij op den voorgrond gestelde stelling, dat de borg, die aan de verplichting van den hoofdschuldenaar voldaan heeft, en daardoor als in de rechten van den schuldeischer getreden, verhaal op den hoofdschuldenaar heeft, alleen zou kunnen instellen de actie, die de schuldeischer tegen den hoofdschuldenaar had kunnen doen geldig maken, is onjuist;