Strafwetboek voor Europeanen, 67 van het Reglement op de Strafvordering;

Beschikkende:

Verklaart zich onbevoegd van het onderwerpelijk aan den verdachte Leendert Adolf Wijnand Eisser voornoemd ten laste gelegde misdrijf kennis te nemen;

Verstaat, dat de verdachte voornoemd ter zake van dat misdrijf zal behooren terecht te staan voor den landraad der plaats, alwaar het is gepleegd.

HET HOOG-GERECHTSHOF VAN NEDERLANDSCH-INDIE, (Tweede Kamer).

Gelezen de beschikking van den raad van justitie te Semarang dd. 11 October 1892, waarbij gemelde rechtbank zich onbevoegd heeft verklaard van het bij requisitoir van den officier van justitie bij dien Raad aan den verdachte Leendert Adolf Wijnand Fisser, oud 24 jaar, geboren te Magelang, Residentie Kedoe, zonder beroep, wonende te Magelang, ten laste gelegde misdrijf kennis te nemen, met verstande, dat de beklaagde voornoemd ter zake van dat misdrijf zal behooren terecht te staan voor den landraad der plaats, alwaar het is gepleegd;

Gelet op de aanteekening van verzet door den substituut-officier van justitie bij den raad van justitie te Semarang tegen evengemelde beschikking op den 12den October 1892 gedaan;

Gelezen het verslag en requisitoir van den Procureur-Generaal bij dit Hof dd. 2 November 1892 no. 1960, daartoe strekkende, dat het IIoog-Gerechtshof, alvorens eene eindbeslissing te nemen op het aangeteekend verzet, alsnog den raad van justitie te Semarang zal opdragen om door deskundigen te laten onderzoeken, of de beklaagde in zijne gestalte, gelaatskleur en lichaamsbouw, de kenmerken draagt van Europeesche afkomst te zijn, of hij van zijne jeugd af de Europeesche kleeding heeft gedragen, eene Europeesche taal spreekt en als Europeaan is opgevoed;

Gezien de stukken;