op te maken, indien daarbij hare broeders- en zusterskinderen werden onterfd. Zoo sterk leefde dus nog in dien man niettegenstaande zijne rechtskennis het rechtsbegrip voort, van het oude nationale schependorasrecht, dat het goed terug moet gaan daarheen vanwaar het gekomen is, dat hij het onbillijk en daarom onzedelijk achtte daarvan af te wijken, hoewel niet alleen onze tegenwoordige burgerlijke wet dat beginsel opzettelijk verwerpt, maar het zelfs al in het te Amsterdam geldende placcaat op de successie ab intestato van 18 December 1599 niet meer werd erkend.

Blijkens het rekest in den aanvang van Mr. N's. verhandeling opgenomen schijnen dan ook thans nog vele Inlanders te Mangkasar deze zegening van het Europeesch bestuur niet naar waarde te kunnen schatten en in hunne bekrompenheid aan hun nationaal recht de voorkeur te geven.

Hetzelfde was dan ook al in 1849, blijkens een door Mr. N. medegedeeld toen door eenige Boegineesche ingezetenen van Mangkasar aan den Gouverneur-Generaal te dier zake ingediend rekest, het geval.

Dat trouwens de Boeginees er al lang zoo over heeft gedacht volgt uit eene legende ons door Dr. Matthes op bldz. 149 van het jaarboekje Celebes 1865 bewaard. Drie jaren na het voltooien der eerste moskee in de Oosterdistricten gebeurde het gedurende de vastenmaand, dat een man van Boelo-Boelo op het raidden van den dag met eene sirihpruim in den van het kauwen geheel rood geworden mond de woning van den apostel van den Islam aldaar, Dato-ri-Bandang, voorbij ging. En toen deze daarop naar de reden van zulk eene heiligschennis onderzoek liet doen, ontzag hij zich niet daarop te antwoorden, dat het eene dwaasheid was zoo lichtgeloovig te zijn om de woorden van Dato-ri-Bandang maar terstond voor waar aan te nemen zonder te begrijpen, dat het een kale meneer was, die gebrek aan geld had en daarom slechts al die aalmoezen en zakats tot vulling van zijne beurs verzonnen had. Zelfs ging hij zoo ver om Dato-ri-Bandang met steenen te werpen. Deze, door zulk een hoon niet weinig gekrenkt, stond reeds op het punt om