toepassing zou zijn een algemeen beginsel van beperkenden aard, geldend voor andere rechters tegenover wier Rechtspraak de vrijheid der justiciabelen veel beter is gewaarborgd, eenvoudig daarom, dat de wetgever een groot aantal bepalingen gevende voor de andere rechters en daarbij dat algemeene beginsel slechts gedeeltelijk regelende, onder de slechts zeer weinige bepalingen voor de rechtsmacht der magistraten vastgesteld, dat beginsel niet heeft genoemd? Het is dunkt mij zeer onwaarschijnlijk.

Hadde de wetgever zulk een groote uitzondering gewild, hij zoude dit zeker wel uitdrukkelijk hebben voorgeschreven. Nu er echter een zoodanig voorschrift niet bestaat, mag men die uitzondering maar niet willekeurig als bestaand gaan aannemen en zal dus de vraag aan het hoofd van dit opstel gesteld bevestigend moeten worden beantwoord.

Hoe dit alles ook zij, het bestaan van twijfel omtrent een zoo gewichtig punt maakt het geven van een daaromtrent beslissend voorschrift dringend noodig.

Acht men den magistraat van Sumatra's Westkust niet gebonden aan de regelen van den samenloop, dan zal het noodig zijn, dat dat uitdrukkelijk worde bepaald; oordeelt men het tegenovergestelde juist, dan zoude het niet overbodig zijn daarvan te doen blijken, doch men zal dan in het algemeen en voor zoover mogelijk al de bepalingen voor de Landraden en Rapats geldende toepasselijk moeten verklaren, behoudens bepaaldelijk te noemen uitzonderingen en er zich voor moeten wachten om speciaal de bepalingen van den concursus toepasselijk te maken, daar men dan allicht, a contario redeneerende andere algemeene bepalingen voor de magistraten buiten werking zou gaan stellen.

Pahang 14 Januari 1896.

Mr. W. SONNEVELD.