O. dat toch een der vereischten tot daarstelling van dit misdrijf is dat de roerende zaak. welke door den schuldige tot eigen voordeel wordt verkocht, door den eigenaar, bezitter of houder aan hem zij ter hand gesteld geweest, dat is, dat er eene afgifte van eene bestaande, bepaalde zaak hebbe plaats gehad;

O. dat nu wel, blijkens het gehouden onderzoek in de onderhavige strafzaak, door den eigenaar twee sapis aan den beklaagde ter verzorging zijn toevertrouwd, doch dat daarbij geen sprake kon zijn van eene overgave van het later uit een dier runderen geboren kalf, hetwelk de beklaagde tot eigen voordeel en in strijd met de getroffen overeenkomst heeft verkocht, vermits het dier op dat oogenblik niet eens als vrucht in het lichaam der moeder, veel minder als individu bestond;

O. dat de strafwet is van strictc interpretatie en uitbreiding derhalve, i. c. van de beteekenis der woorden ter hand stellen en roerende zaak in het bovenaangehaalde wetsartikel, ongeoorloofd is;

O. dat de door den beklaagde gepleegde onrechtmatige handeling aanleiding kan geven tot het instellen eener burgerlijke rechtsvordering tegen hem, maar niet als misbruik van vertrouwen noch als eenig ander strafbaar feit kan worden aangemerkt;

O. dat alzoo, met vernietiging van 's Landraads vonnis, de beklaagde van alle rechtsvervolging behoort te worden ontslagen;

Gelet, behalve op de aangehaalde wetsbepaling, op de artikelen 292, 298, 301 en 411 van het Reglement op de Strafvordering voor de Raden van Justitie op Java enz. en op het bepaalde bij artikel 2 van Staatsblad 1889 No. 149;

Rechtdoende:

Vernietigt het in hoofde dezes vermelde vonnis waarvan revisie.

Verklaart dat het aan den beklaagde ten laste gelegde wel bewezen feit misdrijf noch overtreding oplevert.

Ontslaat hem te dier zake van alle rechtsvervolging.