daarover behaald, ontspruit uit de God alleen huldigende gezindheid. Nu is het merkwaardig, dat die verzoekingen, welke Christus gedurende zijne gansche openlijke werkdadigheid te bestrijden zoude gehad hebben, wanneer de verlokking tot eene valsche rigting van zijne Messiaansche waardigheid, ingang bij Hem had kunnen vinden, dat de worsteling met de verkeerde opvatting van het Messiasidée, welke door het volgend tijdperk zijner openbare werkzaamheid doorschijnt, de grondbeginselen van zijne, tegen de valsche rigting van den godsdienstigen geest onder de Joden gerigte handelwijze, dat dit alles ons voor den aanvang van zijne openlijke beroepsvcrvulling, in deze drie bijzonderheden eener verzoeking, vereenigd wordt voorgesteld.

Thans overgaande tot het voorstellen van jezus openbare werkzaamheid, volgens het verband der gebeurtenissen ,. staat de Schrijver eerst stil bij het plan van jezus in het algemeen (bl. 102-117).

In den gewonen menschelijken zin kan men hier eigenlijk van geen plan spreken. Gelijk andere groote mannen, was jezus een middel ter verwezenlijking van het door God ontworpen plan ter ontwikkeling des menschdoms, roet dit onderscheid, dat Hij dit plan van God in deszelfs ganschen omvang doorzag en het met vrijheid tot het zijne maakte, dat hetzelve het plan ook van zijnen geest was, hetwelk Hij zich reeds met helder bewustzijn had voorgesteld, toen Hij openlijk optrad, gelijk zulks uit eene juiste beschouwing der verzoekingsgeschiedenis blijkt. Van dit punt uitgaande, weert men onjuiste opvattingen, b. v. dat jezus zijne roeping van tijd tot lijd meer vrij van den nevel van Joodsche wereldbeschouwing had leeren verstaan, of, dat zijn plan niet steeds

1839. ' 25