Waar is de man, die, genoegzaam altijd alleen staande, zonder cenig bewind of gezag, dan 't welk zijne zedelijke en geestelijke meerderheid hem verschafte, bijna dertig jaren lang onafgebroken bezig is geweest, om een twistgierig, woest en zedeloos volk in eene menschlievende, beschaafde en godsdienstige natie te herscheppen, en bij dagelijks zich vernieuwende hindernissen dit doel bereikt heeft, alleen door onderwas, overtuiging en zelfsopoflering? Is er zoo iemand, behalve calvyn ? — die slaat dan met hem op gelijken grond, en kan beoordeelen, wat hij is.

D. G.

iioe moet men andersdenkenden beoordeelen? » '

IXadat herder veel over de strijdzucht van bayle had gesproken, laat hij in de Adraslea I. 9 (JVerke, Th. IX, S. 99) deze woorden over het beoordeelen van verschillend denkende menschen volgen, die gelijk op het gebied der Wijsgeerte en Geschiedenis, zoo ook op dat der Godgeleerdheid volle waarheid behelzen:

» Met ieder' denkend' mensch over zijne meeningen strijd, voeren, is noch de weg lot uit- en doorvorsching dezer meening, noch tot overtuiging van denkende karakters. In deze zich le verplaatsen, alsof iedere meening ons zeiven toebehoorde, dit is de onverbiddelijke pligt eens Geschiedschrijvers, vooral der geschiedenis der menschheid; in de geschiktheid zoowel als in dén lust en wil daartoe beslaat zijn