zoo in de Nederlandsche manier predikt als coquerel, naauwelijks een Nederlandsch Kanselredenaar, die zoo tot den Franschen toon nadert, als van senden. Iets dergelijks als wij straks in van senden vernuft noemden , vinden wij ook bij coquerel als het heerschende. De Franschman noemt het esprit; de smaak der Franschen wil in alle redevoeringen, geschriften, gesprekken esprit boven alles; en waarlijk, in een' Franschman behoort dat zoo; gelijk dan ook op Steller dezes, die de eerste dezer preêken door coquerel te Amsterdam heeft hoorcn doen, dit hooren eene andere uitwerking had, dan nu het lezen. Hij wil echter door deze opmerkingen noch den eenen, noch den anderen dezer Kanselredenaars verkleinen. Zg hebben hunne gave, waarmede zij groote winst kunnen doen voor het rijk der hemelen; maar juist het bijzondere dier gave wilde hij doen uitkomen.

Met een woord vermelden wij hier ook het Tiental Leerredenen over het Boek van Daniël, door i'Ietek jan laan, rustend Predikant hij de Hervormde Gemeente te Amersfoort, Utrecht 1838. Zij zijn in soortgelqken trant, als die, welke de in zijne rust nog werkzame man vroeger over een soortgelijk Boek, de Openbaring van Johannes (9), heeft uitgegeven. Slechts over de vier eerste hoofdstukken van Danicl in meer dan 300 bladzijden handelende, kan men dit Doek als uitlegging van een Bijbelsch geschrift zeker niet van omslagtigheid vrijpleiten, maar het vernuft en de stichtelijkheid, die er in heerschen, zullen laans werk toch tot cene velen aangename lectuur marken.

(0) Verg. Tijdschrift 1837, III, bi. OU—612.