dat zij als de ranken met den wijnstok mei Hem vereenigd waren, en dit moesten blijven, 7.00 zij niet hel leven en de kraclil om goede vruchten voort Ie brengen, die zij uit Hem trokken, wilden verliezen, en als onvruchtbare en doode ranken wilden afgesneden en in het vuur geworpen worden (30). — Had de Heer lot op dezen oogenblik loe hen zamen met zich doen leven, om hen tot gemeenschap des geesles en daardoor tot de hoogste onderlinge liefde te brengen; thans spreekt Hij het met ng,druk uit: »Dit is het nieuwe gebod, het eenige gebod des Nieuwen Verbonds, dat gy elkander liefhebt als de mijnen, gelijk ik u heb lief gehad" (31). — En zoo ook dit nadrukkelijk uitspreken in woorden nog niet genoeg mogt zijn, om de Jongeren tot het helderste en klaarste bewustzijn te brengen, dat liefde voor jezus de eenige grondslag en onderlinge broederliefde de eenige uitwerking hunner vereeniging met Hem zijn en blijven moest; dan waren de twee treffende zinnebeeldige handelingen van dien eigen laatslen avond daarvan de sprekendste en klaarste uitdrukkingen : het avondmaal het zinnebeeld van de blijvende verbindlenis met jezus als den grondslag des Nieuwen Yerbods, en de voetwassching het zinnebeeld van de nederige en dienstvaardige liefde jegens eikanderen, als het eenige, van dat Verbond onafscheidelijke nieuwe gebod. — Was nu dit hun regt klaar en helder, dan zou ook hun geheele geest en hun gansche hart het hun van zelf wel met de stelligste zekerheid eu volkomenste duidelijkheid zeggen, dat

(30) Joh. XV: X volgg.

(31) Joh. XIII: 34, 35. XV: 12, 13, 17.