Iets over thomas a kehfis , naar aanleiding der Dissertatie van i. g. l. sgholtz (i).

ftlet is een natuurlijk gevolg van het dieper en grondiger onderzoek naar den aard en de beginselen der Reformatie, dat er in den laatsten tijd veel gezegd en geschreven is over onderscheidene mannen, die in de 14 en 15de Eeuw heerlijk uitblonken door het licht hunner vroomheid en geleerdheid, en de zaden strooiden van een nieuw leven in wetenschap en godsdienst. Zoo werd dan ook de roem van ons Vaderland te dezen opzigte uitnemend gehandhaafd, vooral sedert men begonnen is eene bijzondere opmerkzaamheid te wijden aan de zoogenaamde Broederschap van het gemeene leven, mitsgaders haren Stichter, geert groote en haren beroemdsten Kweekeling, wessel gansvoort (2). Intusschen kan het

(1) Dissertatio I/istcrico - Ï Jieologica inauguralis, qua Thomae ri Kempis sententia de re Christiana exponitur ei cum Gerardi Magni et Wesseli Gansfortii sententiis comparatur, Gron. apud W. van Bockeren 1839.

(2) Wij verwijzen hier den Lezer naar de in het laatste tiental jaren nitgekomene Verhandelingen van iemat, Over de Broederschap van G. Groote en de Fraterhuizen; cla.iu5.se , Over den geest en de denkwijze aan G. Groote, in het Archief voor Kerk. Gesch. van kist en souaarbs , D. I, II, III en VIII; buukiisg, Verh'. over Wessel Gansvoort; en ullmahk's hekend geschrift over dcnzelfden als voorganger van i.rnir.n.