Hij op ecne buitengewone wijze uit maria geboren is. Geeu deel heeft Hij aan onze zonde en verkeerdheid , dewijl Hij als een tweede adam onschuldig uil Gods scheppende hand is te voorschijn gekomen. Uitnemend is Hij in heiligheid en wijsheid, dewijl God Hem met de uitstekendste gaven heeft uitgerust, dewijl Gods geest in Hem woonde niet mef mate. Is er zoo groot een onderscheid tusschen menschen en menschen, dat men booswichten en halve heiligen , Duivelen en Engelen onder hen vindt, en moet dit onderscheid worden afgeleid uit hunnen verschillenden aanleg en het verschillend gebruik, 't welk zij er van maakten: waarom zou er dan ook door Gods scheppende almagt niet één hebben kunnen geboren worden, die geheel zondeloos en volmaakt was, dewijl Hij zulke heerlijke gaven ontving en er het beste gebruik van maakte?

Zoo spreken sommigen. Maar hun beloog gaat niet door. Er is, hoeveel degelijks er in zij, eene klip, waarop het te gronde gaat. Gods almagt kan zijnen schepselen eenen heerlijken aanleg schenken; maar niet het goede gebruik van dien aanleg. Zij kan ons uitrusten met aanleg voor geleerdheid; maar gecne geleerdheid, geene kennis, geene wetenschap medeweven : deze is een door onze werkzaamheid verworven goed. Zij kan ons een temperament geven, aan 't welk deugdsbetrachting gemakkelijk valt; maar geene deugd, geene heiligheid mede in ons scheppen: deze is een door onze oefening ons verworven goed. Was jezus derhalve wijs en heilig, ook Gods almagt kan Hem niet alzoo geschapen hebben, dewijl het even tegenstrijdig is, alsof God iemand voor het eerst zou doen geboren worden , die bij zijne geboorte reeds honderd jaren geleefd heeft. Was jezus wijs on