die overal Synagogen hadden, lot de Heidenen den toegang had. Had /.ij daarentegen de Joden begunstigd , dan zouden de Heidenen nimmer het Evangelie hebben aangenomen, of, zoo zij het hadden aangenomen , '/.oude de Kerk langzamerhand in verval geraakt zijn, zoodat zij len laatste niets anders zou geweest zijn, dan eenc bekrompene, aan de wet gehechte, Joodsche Kerk, in welke het aan eenen levenden en werkzamen geest geheel ontbrak."

In het II Deel, hetwelk handelt over de voornaamste Kerkvergaderingen der Christenen, gedurende de vier eerste eeuwen, wordt eerst, § 7, het historisch ontslaan en de oorzaak der Kerkvergaderingen aangetoond.

» Van Kerkvergaderingen, zoo als zij zich naderhand vertoond hebben, vinden wij het eerst gewag "emaakt bij eusebius , waar hij verhaalt, dat verschei-

1 tvf

dene genieenten waren zameri gekomen, om het fliontanisme Ie keer te gaan. Hij haalt daar de woorden van eenen ongenoemden Schrijver aan, die tegen het Montanisme geschreven had, welke woorden reeds eenen van de Apostolische Kerkvergadering geheel verschillenden geest ademen. Nadat namelijk die Schrijver over het gevoelen van moktanus gesproken had, gaat hij aldus voort: De geloovigen in Azië, dikwijls en op vele- plaatsen in Azië hiertoe zarnengekomen, en de nieuwe teeringen onderzocht, de onheiligen ontdekt en derzelcer ketterij verworpen hebbende, hebben ze alzoo uit de Kerk uitgedreven en uit de gemeenschap geweerd.

:>> De oorzaak der Kerkvergaderingen nu schijnt den Schrijver gelegeu in den aard der Christelijke Gods-