VRAGEN. ANTWOORDEN.

Beroep: Winkelbediende.

Eischen, die het beroep stelt aan lichaam,

versland en ziel.

1. Eigenschappen, zonder welke de uit- Flink optreden, vrij goed bespraakt, oefening van het beroep niet mogelijk goede smaak vooral om den kooper beis. hulpzaam te kunnen zijn in de keuze

2. Gewenschte, doch niet absoluut ver- der artikelen.

eischte eigenschappen. Een goede gezondheid, daar de arbeid

3. Eigenschappen, die iemand voor het zeer vermoeiend is, de bedienden staan beroep ongeschikt maken. bijna den geheelen dag, vooral in de

4. Minder gewenschte, doch niet bepaald zomermaanden ondervinden de bestorende eigenschappen of gebreken. dienden hiervan de gevolgen.

Verder een sterk zenuwengestel, vooral voor bedienden in de groote magazijnen werkzaam, waar de eene reclame-campagne de andere opvolgt.

Ontwikkeling en opleiding.

1. Schoolopleiding. 1. Hiervoor moge verwezen naar het rap-

2. Beroepsopleiding : port van de commissie voor het Han-

a. practisch. delsonderwijs voor de winkelbedienden.

b. theoretisch. Met het bezoeken der Lagere School

alleen, kan absoluut niet volstaan worden. Dit laatste geldt vooral ook weer voor de bedienden in de kleinere zaken werkzaam, voor dezen is administratieve kennis een vereischte. Ook is het gewenscht dat de bedienden zich bekwamen in warenkennis.

Bedrijfsverhoudingen :

1. Arbeidstijd, vacantie, opzeggings-ter- 1. Geen regeling, behoudens plaatselijke mijn, (eventueel collect. contr.) z.m. verordening. Over het algemeen 55 a 60 exemplaar bijvoegen. uren per week, al naar gelang de rusttijden 2 of 2\ uur per dag bedragen. Over het algemeen 12 werkdagen. Komt niet voor, hoogstens individueele overeenkomsten.

2. Loon of salaris, leeftijdsgrens bij aan- 2. Totale regelloosheid. In de groote stelling, pensioen, ziekenuitkeering. steden wordt het provisiestelsel nog