gebruik herinnert om op de voornaamste feesten (Hoogfeesten, Hoogtijden) de H. Communie te ontvangen. In dezelfde streken is de gewone uitdrukking voor de le Communie der kinderen: aannemen, aangenomen worden, welke zegswijze zeer waarschijnlijk door ons van de Protestanten werd overgenomen, althans in onze Katholieke provinciën onbekend is.

Iemand bedienen is: hem de laatste HH. Sacramenten toedienen, bij gevaar van sterven; ten volle bedienen wil zeggen: hem al die Sacramenten , nl. de Biecht, de H. Communie en het Laatste Oliesel, toedienen. De uitdrukking: de Mis bedienen, van een priester gebezigd , is bij de Katholieken niet gebruikelijk Yan dengene (een of meer knapen), die den priester behulpzaam is (dient) bij het opdragen der H. Mis door antwoorden, aanreiken van verschillende voorwerpen enz. zegt men, dat hij (de) Mis dient, Misdienaar (koorknaap) is.

Absolutie. Ofschoon hetgeen hier gezegd wordt, tamelijk juist is, moet toch, tengevolge der onnauwkeurige interpunctie, bij den oningewijde licht begripsverwarring ontstaan. Men leze:

„Vrijspraak van zonden (in de Biecht); kwijtschelding van kerkelijke straffen (censuren); generale —, zekere volle aflaat; ook de formule, waarin genoemde kwijtscheldingen verleend worden ; plechtigheid na eene uitvaart-mis, waarin voor den overledene om vergiffenis van schuld en straf gebeden wordt; zekere korte gebedsformules in het Breviergebed (in de metten en prime).

Abstinentie is in 't algemeen wel is waar: „onthouding (van spijs en drank)," maar in 't bijzonder (R.-K.): onthouding van vleeschspijzen (eieren, zuivel) op bepaalde dagen. Zulk een dag noemt men: Abstinentie- of Onthoudingsdag (bv. de Vrijdag), in onderscheiding van Vasten, Vastendag, waarop het slechts eenmaal daags geoorloofd is zijn nooddruft te gebruiken. Vasten en Abstinentie kunnen natuurlijk samenvallen op een zelfden dag, die dan Vasten- en Abstinentie- of Onthoudingsdag heet.

Abt. Daar niet alle abten recht hebben mijter en staf te dragen, kon hier gevoegelijk eene beperkende uitdrukking, als: meestal, gewoonlijk enz. ingelascht.

Accident. Wenschelijk ware het hierbij ook de wijsgeerige beteekenis op te geven, waarin accident (accidens, accidentia) tegenover het wezen (essentia) of de zelfstandigheid (substantia) van een ding, datgene aanduidt, wat niet tot het wezen, niet tot