Waar deze groote sociale cursus door 't Centraal Bureau voor de K. S. A. gegeven wordt, spreekt hetvanzelf.dat, vóór iets begonnen werd, vóóraf de zekerheid was verkregen, dat dit nieuwe werk van de K. S. A. de goedkeuring van de Kerkelijke overheid wegdroeg.

BIOSCOOP-GE VAAR.

Naar wij kunnen mededeelen, is het Centraal Bureau voor de K. S. A. met de werkzaamheid tot bestrijding van het bioscoop-gevaar thans zoover gevorderd, dat aan alle aanvragen voor de gewone bioscopen om goede films kan worden voldaan. Slechts één aanvrage, om wekelijks een groot aantal meters geheel nieuwe films te leveren, is afgewezen moeten worden, omdat daarvoor een grooter kapitaal noodig is, dan waarover het Centraal Bureau de beschikking heeft kunnen krijgen.

Wel heeft het Centraal Bureau kunnen oprichten een andere afdeeling: lichtbeelden. Binnen zeer korten tijd zal het de beschikking hebben over 100 series lichtbeelden, (elke serie van 50 tot 70 platen, ten deele gekleurd), welke door vereenigingen, pensionaten, gestichten en dergelijke in huur kunnen verkregen worden, terwijl bovendien bij elke serie een desbetreffende voordracht gevoegd wordt.

Hierop moet vooral de aandacht worden gevestigd. Het beste middel om de bioscoop-rage te verminderen en het bioscoop-wezen in betere banen te leiden, is het propageeren van lichtbeelden-voorstellingen met degelijke voordrachten. Zóó leert het publiek smaak krijgen in iets nuttigers en mooiers dan dolle kluchten en ontzettende draken.

Het Centraal Bureau is gaarne bereid aan ieder, die het verlangt, de noodige inlichtingen, wenken, enz. te geven, ook voor den aankoop van goede toestellen, projectielantaarns, enz.

De series lichtbeelden hebben betrekking op alle gebieden: kunst, natuurwetenschappen, sociale vraagstukken, geschiedenis, geloofsverdediging, litteratuur, landbouw, industrie, ambacht, aardrijkskunde, gezondheidsleer, en dergelijke.

BOEKBESPREKING.

BEKNOPT HANDBOEK DER CHRISTELIJKE MAA TSCHAPPIJLEER, door Dr. J. M. Llovera, Ord.

Cartn. Uit het Spaansch vertaald door Dr. H. Driessen, Ord. Carm. - 's Bosch,

G. Mosmans Zoon. 1912. - 4.00 blz.

Welk een gejuich zou er zijn opgegaan in ons land, wanneer dit handboek nu voor tien jaren verschenen ware! Hoe zouden wij ons verheugd hebben, dat eindelijk voorzien ware in die groote leemte, dat we eindelijk een Handboek voor de katholieke sociologie hadden gekregen!

Thans staan we er eenigszins anders voor.

De leerboeken van Pater Bruin en Prof. Aengenent zijn verschenen, en het kan niet ontkend worden, dat het Handboek van Dr. Llovera in vele opzichten overeenstemt vooral met het Leerboek van Prof. Aengenent.

Het stemt op merkwaardige wijze ermee overeen in zijn hoofddeugd : overzichtelijkheid van indeeling en helderheid van betoog. Wij hebben hier blijkbaar te doen met twee verwante geesten.

Niet alleen, dat zij in denkbeelden veelal overeenkomen, maar beiden hebben zij de groote gave, om moeilijke onderwerpen op glasheldere wijze te kunnen uiteenzetten.

Beiden zijn geboren docenten. Ze schrijven zonder onnoodige franje, en toch boeiend door den logischen gang van hun betoog. Beiden zijn hun onderwerp volkomen meester, en beheerschen de internationale litteratuur.

Wat inhoud en vorm aangaat kunnen wij beide leerboeken op één — hooge — lijn stellen.

Maar voor ons, Nederlanders, behoudt prof. Aengenent een voorsprong op Dr. Llovera : hij schrijft in 't Nederlandsch voor Nederlanders; het boek van Llovera is — op voortreffelijke wijze — uit het Spaansch vertaald, echter niet in het Nederlandsch voor Nederlanders bewerkt. Vandaar dat Prof. Aengenent rekening houdt met Nederlandsche toestanden en verhoudingen, met den groei van de katholieke sociale beweging in Nederland. Vandaar dat ten onzent vooral actueele onderwerpen door hem vaak uitvoeriger behandeld zijn dan door Llovera.

Heeft de kundige vertaler een Nederlandsche bewerking niet aangedurfd? Of achtte hij werkelijk een aanpassing aan onze Nederlandsche toestanden, actie en wetgeving geheel overbodig?

Zeker, het is volkomen juist, wat de vertaler in zijn Voorrede opmerkt:

»Het bezwaar, dat sommigen misschien mochten maken, dat het werk te veel met Spaansche toestanden rekent, meen ik gerust ongegrond te kunnen noemen. Het boek is een algemeen handboek. Het is geschoeid op de internationale standaardwerken der Christelijke en vooral der Katholieke Maatschappijleer, doch draagt niettemin op vele punten een oorspronkelijk karakter. Ik heb daarom gemeend, de meening van den Hoogwaardigen Schrijver te moeten weergeven, volledig, zonder wijziging of aanvulling. Het is geheel het werk van den Schrijver gebleven."

Het is volkomen waar, dat dit werk niet te veel met Spaansche toestanden rekent; maar het houdt niet voldoende rekening met Nederlandsche toestanden. Daardoor is 'tniet minder juist, doch wel minder volledig. En juist een leerboek wint zooveel in kracht en nut, wanneer het de algemeene beginselen direct toepast op de omstandigheden in het eigen land van den leerling.

Doch de meening van den Hoogeerwaarden vertaler, dat hij het boek van Llovera niet moest omwerken noch aanvullen, hebben wij te eerbiedigen. Maar wel mogen wij den wensch uitspreken, dat hij bij een volgende uitgave althans bij de verschillende onderwerpen een verwijzing opneme naar de reeds zoo rijke Nederlandsche litteratuur. De jaargangen van het Katholiek Sociaal Weekblad, de zeer talrijke uitgaven van Futura en andere Nederlandsche uitgevers, de verslagen van de Sociale Weken en de Vlugschriften van het Centraal Bureau voor de K. S. A., bevatten een schat van litteratuur, waarnaar te verwijzen de bruikbaarheid en nuttigheid van Llovera's Handboek op aanmerkelijke wijze zal verhoogen.

Doch ook reeds thans kunnen wij de Nederlandsche vertaling van dit Spaansche Handboek zonder eenige overdrijving noemen een goede aanwinst voor onze Katholieke Sociale lectuur.

Een bijzonder woord van hulde mag den vaardigen vertaler niet onthouden worden. Het boek is in voortreffelijk Hollandsch geschreven1); de terminologie steeds juist toegepast.2)

1) Eén opmerking: De Vertaler schrijft steeds rechterlijk, waar wij zouden zeggen rechtelijk. Immers de uitgang lijk wordt niet gevoegd achter rechter, maar achter recht, met verbindings e. Vgl. mannelijk, vrouwelijk, deugdelijk, vriendelijk, enz. Men spreekt dus o.i. van een rechtelijke (juridische) constructie, en van een rechterlijke uitspraak (vonnis).

2) Met genoegen zagen wij, dat de Vertaler steeds spreekt van gezin t