vermeden, beteekent het in het geheel niets, evenals vóór dat: „Meneer laat weten, als dat hij niet kan komen"1); in vergelijkende zinnen van gelijkheid wordt het veel meer gebruikt dan gelijk, in die van schijnbare gelijkheid staat het dikwijls voor alsof in de plaats en nu zou het ook nog ongelijkheid moeten uitdrukken!

Werd dit regel, dan zou men zinnen krijgen als: Vondel staat hooger als lyrisch, als als dramatisch dichter. Maar ook al zou men in dit geval een uitzondering maken , er bleven nog genoeg zinnen over, die leelijk of onduidelijk waren of ook wel leelijk èn onduidelijk. Daar Brandt van Doorne in „Twijfel" meestal ook na een comparatief en na ontkennende woorden als gebruikt, moet men den volgenden zin tweemaal lezen om hem te begrijpen: „Want al waren oom en tante erg goed voor haar en al werd ze behandeld als hun eigen kind , ze was toch geen eigen kind. En omdat (1. doordat) ze meer dacht als tante, en ook nog al ernstig was, en Lizzy meer had van 'r pa, leek het wel eens of tante het nichtje voortrok" (bl. 1C6). — De bedoeling is: omdat ze meer (dan haar nichtje) dacht evenals tante; als beteekent dus gelijkheid , maar in verband met veel andere zinnen zou het ook ongelijkheid kunnen beduiden.

In Felicia Beveridge komt voor: „Als een jong vogeltje kwitterde en speelde zij, en niets was aantrekkelijker dan een mooi jong meisje als Mabel." Stond hier nu in plaats van dan als, dan zou dat woord in dit korte bestek driemaal voorkomen en dan zou men bovendien kunnen meenen, dat er achter meisje een komma was weggevallen : niets was aantrekkelijker als een mooi jong meisje, als Mabel.

En wat maakt het niet een armoedigen indruk, als men één woord gebruikt om twee lijnrecht tegenovergestelde begrippen aan te duiden ! als men zegt: Niemand als hij mag dit doen, evengoed als: Iemand als hij mag dit wel doen ! of: Er lag niets als een zakdoek op tafel, evengoed als: Er lag zoo iets als een zakdoek op tafel! Met een beroep op den goeden smaak vooral noodig ik daarom alle taalonderwijzers uit, dit misbruik , dat alleen uit slordigheid en gemakzucht voortvloeit, zooveel in hun vermogen is, te bestrijden.

Op de vraag, die stellig menigen lezer op de lippen zweeft, of het

i) In het idioom van mjjn woonplaats wordt het zelfs in afhankel. vragen in pl. v. of gebruikt, bijv.: „Mevrouw laat vragen, als Mevrouws hoed ook klaar is."